Michael Bakoenin
Over anarchisme, staat en dictatuur
Hoofdstuk 4


IV Drie anarchistische programma’s [9]

1.

Programma en doelstelling van de internationale organisatie der Revolutionaire Broederschap

1.De beginselen van deze organisatie zijn dezelfde als die van het program van de internationale Alliantie der sociaaldemocratie. Zij zijn met betrekking tot de problemen van de vrouw, de religieuze en juridische familie en de staat nog duidelijker uiteengezet in het program van de Russische sociaaldemocratie.

Het Centraal Bureau behoudt zich overigens voor hieraan binnenkort een vollediger theoretische en praktische uitwerking te geven.

2. De Associatie der internationale Broederschap wil de universele revolutie, op sociaal en filosofisch terrein, economisch en politiek. Zij wil eerst in geheel Europa en vervolgens in de rest van de wereld geen steen op de andere laten van het huidige bestel, dat gebaseerd is op het eigendom, de uitbuiting, de overheersing, en het beginsel van de autoriteit — hetzij religieus of metafysisch en burgerlijk-doctrinair, hetzij zelfs jacobijnsrevolutionair. Onder de leus: vrede voor de arbeiders, vrijheid voor alle onderdrukten en dood aan de overheersers, uitbuiters en bevoogders van iedere soort, willen wij alle staten en kerken vernietigen, met al hun religieuze, politieke, juridische, financiële, politiële, universitaire, economische en sociale instellingen en wetten — zo willen wij bereiken dat al die miljoenen bedrogen en in slavernij gehouden menselijke wezens, die worden gekweld en uitgebuit, eindelijk bevrijd van al hun officiële en officieuze bestuurders en weldoener. verenigingen en personen, in een volledige vrijheid kunnen herademen.

3. Overtuigd dat het individuele en sociale kwaad niet zozeer gelegen is in de personen als wel in de inrichting van het bestel en de sociale toestanden, zullen wij humaan zijn zowel uit rechtvaardigheidsgevoel als om utiliteitsredenen, en zonder medelijden de toestanden en het bestel vernietigen om zonder enig gevaar voor de revolutie, de mensen te kunnen sparen. Wij loochenen de vrije wil en het vermeende recht van de gemeenschap om te straffen. De gerechtigheid zelf, in de meest menselijke, meest ruime zin genomen, is slechts een om zo te zeggen negatieve idee, een overgangsidee; zij stelt het sociale probleem, maar doordenkt het niet en geeft slechts de enig mogelijke weg van de menselijke bevrijding aan, namelijk de humanisering van de maatschappij door de vrijheid in gelijkheid. De positieve oplossing kan slechts geboden worden door het steeds rationeler inrichten van de maatschappij. Deze zo begeerde oplossing, ons aller ideaal ... . is de vrijheid, de moraliteit, het inzicht en welzijn van iedereen door de solidariteit van allen - de menselijke broederschap.

Ieder menselijk individu is het onvrijwillig product van een natuurlijk en sociaal milieu waarin hij is geboren, zich ontwikkeld heeft, en waarvan hij de voortdurende invloed ondergaat. De drie hoofdoorzaken van alle menselijke immoraliteit zijn: de zowel politieke en economische als sociale ongelijkheid; de onwetendheid die er het natuurlijk gevolg van is: en hun noodzakelijke consequentie — de slavernij.

Omdat de inrichting van de maatschappij altijd en overal de enige oorzaak is van de misdaden die de mensen bedrijven, is het van de kant van de maatschappij huichelachtig of duidelijk absurd om de misdadigers te straffen, omdat iedere bestraffing schuld veronderstelt en de misdadigers immers nooit schuldig zijn. De theorie van schuld en straf is ontstaan uit de theologie, d.w.z. uit het huwelijk van de absurditeit en de religieuze hypocrisie. Het enige recht dat men de maatschappij in haar huidige overgangstoestand zou kunnen toekennen, is het natuurrecht om ter eigen verdediging de misdadigers die zij zelf heeft voortgebracht te vermoorden; niet om hen te oordelen en te veroordelen. Dat recht is zelfs geen recht in de strikte betekenis van het woord; het is veeleer een natuurlijk feit, bedroevend maar onvermijdelijk, teken en product van de onmacht en stupiditeit van de huidige maatschappij: naarmate de maatschappij er zich minder van behoeft te bedienen, zal zij dichter bij haar werkelijke bevrijding zijn.

Alle revolutionairen, de onderdrukten en lijdende, slachtoffers van de huidige inrichting van de maatschappij, natuurlijk vol wraaklust en haat in het hart, dienen goed te bedenken dat de koningen, onderdrukkers en uitbuiters van iedere soort net zo schuldig zijn als de misdadigers die uit de volksmassa zijn voortgekomen: zij zijn boosdoeners, maar niet schuldig, omdat ook zij als gewone misdadigers onvrijwillige producten zijn van de huidige inrichting van de maatschappij. Men zal er zich niet over mogen verbazen wanneer het in opstand gekomen volk er in eerste instantie vele van doodt — dat is wellicht een onvermijdelijk kwaad, even noodlottig als de schade die door een storm veroorzaakt wordt.

Maar moreel of zelfs maar nuttig zal dit natuurlijke feit niet zijn. In dit opzicht is de geschiedenis zeer leerzaam: de vreselijke guillotine van 1793, die men toch niet van luiheid of traagheid mag beschuldigen, slaagde er niet in de adellijke stand in Frankrijk te vernietigen. Niet door de guillotine maar door de confiscatie en verkoop van haar goederen is de aristocratie zoniet volledig vernietigd dan toch minstens tot in haar diepst geschokt. In het algemeen kan men zeggen dat politieke bloedbaden nooit partijen gedood hebben en zich vooral tegen de bevoorrechte klassen onmachtig betoonden: zoveel minder ligt de macht bij de mensen dan in de constellatie die door het maatschappelijk bestel ten gunste van de bevoorrechten wordt gecreëerd, d.w.z. de staatsinstelling en haar consequentie, tevens natuurlijke basis, het privébezit. Men moet dus om een radicale revolutie te maken zijn aanvallen richten tegen die constellatie en dat bestel, het eigendom en de staat vernietigen.

Dan zal het niet nodig zijn de mensen te vernietigen en zich de onontkoombare en onvermijdelijke reactie op de hals te halen die de afslachting van mensen in iedere maatschappij steeds heeft voortgebracht en zal voortbrengen. Maar om het recht te hebben humaan tegenover de mensen te zijn zonder gevaar voor de revolutie, dient men meedogenloos op te treden tegen die toestanden in het bestel; men zal alles moeten vernietigen en in de allereerste plaats het eigendom met zijn onvermijdelijk nl: de staat. Ziedaar het hele geheim van de revolutie. Men mag zich niet verbazen over de jakobijnen en blanquisten,[10] die veeleer uit noodzaak dan overtuiging socialist geworden zijn en voor wie het socialisme een middel, niet het doel van de revolutie is, omdat zij de dictatuur wensen, dat wil zeggen de centralisatie van de staat; en evenmin over het feit dat de staat hen uit een logische en onvermijdelijke noodzaak tot herstel van het eigendom zal brengen — het is erg natuurlijk, zeggen wij, dat zij. die immers geen radicale revolutie tegen het bestel wensen te ondernemen, dromen van een bloedige revolutie tegen de mensen.

Maar deze bloedige revolutie die gebaseerd is op de opbouw van een sterk gecentraliseerde revolutionaire staat zou onvermijdelijk, zoals wij later uitvoeriger zullen aantonen, de militaire dictatuur van een nieuwe meester ten gevolge hebben. Daarom zou de overwinning van de jakobijnen of blanquisten de dood van de revolutie betekenen.

4. Wij zijn de natuurlijke vijanden van die revolutionairen — toekomstige dictators, reglementeerders en bevoogders van de revolutie — die alvorens zelfs de tegenwoordige monarchistische, aristocratische en burgerlijke staten vernietigd lijn, reeds dromen van de schepping van nieuwe revolutionaire staten, even centralistisch en nog despotischer dan de huidige. Zozeer zijn zij gewend aan de door een of andere autoriteit van boven geschapen orde en zo groot is hun afkeer van wat hen wanorde schijnt te zijn en niets anders is dan de oprechte en natuurlijke uitdrukking van het volksleven, dat zij vóór zelfs een goede en heilzame wanorde door de revolutie veroorzaakt is, reeds dromen van de beëindiging en beteugeling ervan door het optreden van de een of andere autoriteit die met de revolutie slechts de naam gemeen heeft maar in werkelijkheid niets anders zal betekenen dan een nieuwe reactie; want voor de bij decreet geregeerde volksmassa’s zal dit in feite een nieuwe veroordeling tot de gehoorzaamheid, de onbeweeglijkheid, de dood zijn, dat wil zeggen tot slavernij en uitbuiting door een nieuwe quasi-revolutionaire aristocratie.

5. Wij verstaan onder de revolutie de ontketening van wat men tegenwoordig de kwade hartstochten noemt en de vernietiging van wat in dezelfde taal ‘openbare orde’ heet.

Wij vrezen de anarchie niet, wij roepen haar op, in de overtuiging dat zij, de volle uiting van het van haar banden bevrijde volksleven, moet leiden tot vrijheid, gelijkheid, rechtvaardigheid, de nieuwe orde, en juist de kracht van de revolutie tegen de reactie zal vormen. Dat nieuwe leven — de volksrevolutie — zal zich zonder twijfel onverwijld organiseren, maar het zal zijn revolutionaire organisatie van onderop creëren en van de periferie naar het centrum, overeenkomstig het beginsel van de vrijheid en niet van bovenaf of van het centrum naar de periferie zoals iedere autoriteit; want het is ons om het even of deze autoriteit kerk heet, monarchie, constitutionele staat, burgerlijke republiek, of zelfs revolutionaire dictatuur. Wij verwachten en verwerpen ze alle even zeer — als onvermijdelijke bronnen van uitbuiting en despotisme.

6. Naar onze opvatting zal de revolutie vanaf het eerste moment de staat en alle staatsinstellingen radicaal en grondig moeten vernietigen. De natuurlijke en noodzakelijke gevolgen van deze vernietiging zullen zijn:


a) Het bankroet van de staat.
b) Stopzetting van betalen van de privé-schulden zonder dat de staat hierbij nog kan ingrijpen, waarbij het iedere schuldenaar vrijstaat de zijne te betalen als hij dat wil.
c) Stopzetting van betaling van alle belastingen en heffingen, direct en indirect.
d) Ontbinding van het leger, de magistratuur, de bureaucratie, de politie en de clerus.
e) Afschaffing van de officiële justitie. opschorting van alles wat juridisch recht heet en als zodanig wordt uitgeoefend. Bijgevolg afschaffing en verbranding van alle eigendomsbewijzen. Akten betreffende erfenis, verkoop, schenking, alle processtukken in één woord: van de hele straffen civielrechtelijke papieren santenkraam. Overal en steeds komt revolutie in de plaats van het door de staat geschapen en gewaarborgde recht.
f) Inbeslagname van al het productieve kapitaal en de werktuigen ten dienste van de arbeidersassociaties. die ze gezamenlijk productief zullen maken.
g) Inbeslagname van alle eigendommen van kerk en staat en van de edelmetalen in privébezit ten bate van het federatief verbond van alle arbeidersassociaties, dat het verbond van de commune zal vormen in ruil voor de geconfisceerde goederen zal de commune alle strikt noodzakelijke verschaffen aan alle aldus beroofde personen; later kunnen zij door hun eigen arbeid meer verdienen, zo zij dit willen en ertoe in staat zijn.
h) Voor de organisatie van de revolutionaire commune wordt voortdurend zorg gedragen door een federatie van barricaden en door het functioneren van een Raad van de revolutionaire commune georganiseerd volgens afvaardiging van één of twee gedelegeerden per barricade, één per straat of per wijk — gedelegeerden met beslissingsbevoegdheid, steeds verantwoordelijk, steeds afzetbaar. Aldus opgezet zal de communeraad uit haar midden executieve comités kunnen kiezen — afzonderlijke comités voor iedere tak van het revolutionair bestuur van de commune.
i) Een verklaring van de in opstand gekomen en als commune georganiseerde hoofdstad, dat zij afziet van het recht of liever van iedere pretentie tot besturen en belasten van de provincies, nu zij de autoritaire en bevoogdende staat heeft vernietigd hetgeen haar recht was omdat zij evenals alle andere plaatsen door deze in slavernij werd gehouden.
k) Een oproep aan alle provincies, communes en associaties, waarin ieder wordt uitgenodigd het voorbeeld van de hoofdstad onmiddellijk na te volgen, zich in de eerste plaats revolutionair te reorganiseren en vervolgens hun afgevaardigden naar een overeengekomen verzamelpunt te zenden — alle met beslissingsbevoegdheid, verantwoordelijk en afzetbaar -om te komen tot de vorming van de federatie van associaties, communes en provincies die in naam van dezelfde beginselen in opstand zijn gekomen, en om een revolutionaire kracht te organiseren die in staat is over de reactie te zegevieren. De uitzending naar alle provincies en communes, niet van officiële revolutionaire commissarissen met allerlei sjerpen, maar van revolutionaire propagandisten vooral naar de boeren die niet door beginselen of decreten van de een of andere revolutionaire dictatuur gerevolutionariseerd kunnen worden, maar alleen door de revolutie zelf, dat wil zeggen door de gevolgen die het verdwijnen van het juridische officiële leven van de staat onvermijdelijk in alle communes zal veroorzaken. Ook afschaffing van de nationale staat in deze zin, dat ieder buitenlands gebied, provincie, commune, associatie of zelfs afzonderlijk individu, in naam van dezelfde beginselen in opstand gekomen, in de revolutionaire federatie wordt opgenomen zonder acht te slaan op de tegenwoordige grenzen der staten, al behoren zij tot verschillinde politieke of nationale systemen — de eigen provincie. communes, associaties, personen die de zijde van de Reactie kiezen, zullen uit de federatie worden uitgesloten. Juist de uitbreiding van de in opstand gekomen landen zal de universaliteit van de revolutie, gebaseerd op de afschaffing der grenzen en de ruines der straten, doen zegevieren

7. Er kan van een triomferende politieke of nationale revolutie niet langer sprake zijn, wanneer de politieke revolutie zich niet inzet in een sociale, en de nationale revolutie juist door haar radicaal socialistisch karakter die de vernietiging van de staat beoogt, niet tot universele revolutie wordt.

8. Omdat de revolutie overal door het volk moet worden gemaakt en de opperste leiding ervan steeds bij het volk dient te liggen, dat in een vrije federatie van agrarische en industriële associaties georganiseerd is — daarom zal de revolutionaire staat die zich van laag naar hoog volgens het beginsel van de revolutionaire afvaardiging reorganiseert en alle landen omvat die in naam van dezelfde beginselen in opstand zijn gekomen, zonder acht te slaan op oude grenzen en verschillen in nationaliteit, ten doel hebben de openbare diensten te besturen en niet de volken te regeren. Zij zal het nieuwe vaderland vormen, het Verbond van de Universele Revolutie tegen het verbond van de gehele reactie.

9. Deze organisatie sluit ieder idee van dictatuur en bevoogdende heersende macht uit. Voor de vestiging van dit revolutionair verbond en de overwinning van de revolutie over de reactie is het echter noodzakelijk dat er temidden van de volksanarchie, die alle energie voor de revolutie zal leveren en het leven zelf zal zijn, een orgaan wordt gecreëerd voor de eenheid van de revolutionaire gedachte en de revolutionaire actie. Dit lichaam moet zijn de geheime en universele Associatie der internationale broederschap.

10. Deze associatie gaat van de overtuiging uit dat revoluties nooit door individuen gemaakt worden, noch zelfs door geheime genootschappen. Zij ontstaan als vanzelf, voortgebracht door de dwang der omstandigheden, door het verloop van de gebeurtenissen en feiten. Zij worden lang voorbereid in de diepte van het instinctief bewustzijn der volksmassa’s — dan barsten zij los, dikwijls schijnbaar door onbeduidende oorzaken ontketend. Al wat een goed georganiseerd genootschap kan doen is in de eerste plaats behulpzaam zijn bij de geboorte van een revolutie door onder de massa’s de ideeën te verspreiden die aan haar instincten beantwoorden, en niet door het organiseren van het leger van de revolutie — het leger moet altijd het volk zijn —, maar van een soort revolutionaire staf, samengesteld uit toegewijde, energieke, intelligente personen, vooral oprechte en geen eerzuchtige of ijdele vrienden van het volk; een staf, die in staat is als bemiddelaar dienst te doen tussen de revolutionaire idee en de volksinstincten.

11. Het aantal van deze personen mag dus niet zo groot zijn. Voor de internationale organisatie in geheel Europa zijn honderd hecht en oprecht verbonden revolutionairen voldoende. Twee- of driehonderd revolutionairen zullen voor de organisatie van de grootste landen volstaan.

2.

Programma van de Internationale Alliantie van de Socialistische Democratie

1 De Alliantie verklaart zich atheïstisch: zij wil de afschaffing der erediensten, de vervanging van het geloof door de wetenschap en van de goddelijke door de menselijke gerechtigheid.

2. Zij wil vóór alles de politieke, economische en sociale gelijkstelling van de klassen: en de individuen van beide geslachten, te beginnen bij de afschaffing van het erfrecht opdat in de toekomst ieders vruchtgebruik gelijk zij aan zijn productie en overeenkomstig het op het laatste arbeiderscongres te Brussel genomen besluit, de grond, de werktuigen en al het andere kapitaal collectief eigendom worden van de gehele maatschappij en alleen gebruikt kunnen worden door de arbeiders, dat wil zeggen door de industriële en landbouwassociaties.

3. Zij wil voor alle kinderen van beide geslachten vanaf hun geboorte gelijke middelen om zich te ontwikkelen. dat wil zeggen gelijke middelen van onderhoud, van opvoeding en onderwijs in alle graden van wetenschap, industrie en kunsten, in de overtuiging dat deze aanvankelijk slechts economische en sociale gelijkheid geleidelijk een steeds grotere natuurlijke gelijkheid der individuen ten gevolge zal hebben en alle kunstmatige ongelijkheid zal doen verdwijnen als de historische producten van een even onrechtvaardige als onechte maatschappelijke organisatie.

4. Zij is de vijand van ieder despotisme, erkent geen andere politieke vorm dan de republikeinse en verwerpt onvoorwaardelijk ieder verbond met de reactie; daarom wijst zij ook iedere politieke actie af die niet onmiddellijk en direct de triomf van de zaak der arbeiders over het Kapitaal ten doel zou hebben.

5. Zij ziet in dat alle momenteel bestaande politieke en autoritaire staten zich in de betrokken landen steeds mee, zullen moeten beperken tot eenvoudige administratieve taken bij de openbare diensten en moeten opgaan in de universele unie van vrije associaties, zowel in de landbouw als in de industrie.

6. Omdat het sociale vraagstuk zijn definitieve, werkelijke oplossing alleen kan vinden op basis van internationale of universele solidariteit van de arbeiders uit alle landen, wijst de Alliantie iedere politiek af die gebaseerd is op het zogenaamde patriottisme en de rivaliteit der naties.

7. Zij wil de universele associatie van alle plaatselijke associaties met de vrijheid als grondslag.

3.

Geheim programma van de Internationale Socialistische Alliantie

1. De Internationale Alliantie is gesticht teneinde de universele revolutie te dienen, te organiseren en te versnellen op grond van de in ons program geproclameerde beginselen.

2. Overeenkomstig deze beginselen kan het doel van de revolutie alleen maar zijn:

a) de vernietiging van alle religieuze, monarchale, aristocratische en bourgeois machten en krachten in Europa. Bijgevolg, de vernietiging van alle momenteel bestaande staten met al hun politieke, juridische, bureaucratische en financiële instellingen.

b) De opbouw van een nieuwe maatschappij met als enige basis de vrij geassocieerde arbeid en als uitgangspunt het collectief eigendom, de gelijkheid en de gerechtigheid.

3. De revolutie, zoals wij die opvatten of liever zoals de drang der omstandigheden haar tegenwoordig noodzakelijkerwijs stelt, draagt een wezenlijk internationaal of universeel karakter. Tegenover de dreigende coalitie van alle geprivilegieerde belangen en alle reactionaire krachten in Europa, die beschikken over al de geweldige middelen die een kundig opgezette organisatie hun verschaft, tegenover de diepgaande scheiding die momenteel overal tussen de bourgeoisie en de arbeiders bestaat zou geen enkele nationale revolutie kunnen slagen, als zij zich niet spoedig over alle andere naties uitstrekt; en zij zou de grenzen van een land nooit kunnen overschrijden, en dat universele karakter aannemen, indien zij niet in zichzelf alle elementen van die universaliteit droeg, dat wil zeggen indien zij geen werkelijk socialistische revolutie was, die de staat vernietigt en vrijheid creëert door gelijkheid en gerechtigheid. De grote, de enig werkelijke macht van deze eeuw — de arbeiders — zou voortaan door niets meer kunnen worden beroerd, bezield en opgezweept dan door de werkelijke en volledige bevrijding van de arbeid op de bouwvallen van alle instellingen ter bescherming van het erfelijk eigendom en het kapitaal.

4. Omdat de komende revolutie slechts universeel kan zijn, moet de Alliantie, of om eerlijk te zijn: de samenzwering, die haar moet voorbereiden, organiseren en versnellen, dit eveneens zijn.

5. De Alliantie zal een tweevoudig doel nastreven:
- Zij zal zich inspannen om onder de volksmassa’s van alle landen de juiste ideeën te verspreiden over politiek, sociale economie en alle filosofische vraagstukken. Zij zal een actieve propaganda voeren door kranten, brochures, boeken, en eveneens door het stichten van openbare associaties.
- Zij zal alle intelligente, energieke, vertrouwde en goedwillende mensen die onze ideeën oprecht zijn toegewijd, trachten bijeen te brengen om in geheel Europa en voor zover mogelijk in Amerika een onzichtbaar netwerk van toegewijde revolutionairen te vormen, die door deze alliantie zelf nog machtiger worden.

_______________
[9] Het eerste programma is ontleend aan een manuscript van Bakoenin, geschreven als een ontwerp voor een geheime Internationale van revolutionairen, zoals hij ook reeds in 1865 dergelijke programma’s en statuten voor een ‘Fraternite’ had ontworpen. Na de uittreding van Bakoenin en zijn vrienden uit de Ligue de la Paix et de la Liberté (1868) stelde bij voor individueel lid te worden van de Internationale — waar hij zelf reeds lid van was, maar de Spanjaarden en Italianen wilden een aparte organisatie, die zich bij de Internationale zou aansluiten. Dit was de Internationale Alliantie van de socialistische Democratie, waarvoor Bakoenin een programma ontwierp: het hier afgedrukte tweede programma. Tegelijkertijd schreef hij een programma dat alleen voor de ingewijden bestemd was, het z.g. geheime programma van de Alliantie. Als ‘organisatie’ bestond deze in feite alleen uit contacten van Bakoenin met gelijkgezinden in verschillende landen. Dit is het hier derde gepubliceerde programma.
[10] Het begrip blanquisme is ontleend aan de Franse revolutionaire socialist Auguste Blanqui (1805-1889), organisator van vele opstanden, die 33 jaar van zijn leven in de gevangenis doorbracht. Hij meende dat een bewapende, bewuste minderheid, overal en te allen tijde een revolutie kon beginnen om de staatsmacht te veroveren en door middel van de dictatuur het socialisme kon invoeren. In 1850, en later in de Eerste Internationale, werkte Marx met de blanquisten samen. Het bolsjewisme met zijn theorie van een partij van eliterevolutionairen kan men beschouwen als een door het blanquisme beïnvloed marxisme.