Herman Gorter
Het imperialisme, de wereldoorlog en de sociaaldemocratie
Hoofdstuk 1


I. HET IMPERIALISME

De Internationale Vereniging van arbeiders, in 1864 door Marx gesticht, in 1872 verdwenen, in 1889 herboren, ligt verscheurd uiteen. De eerste maal dat zij internationaal moest zijn, valt zij in stukken. Bij de oorlog van Duitsland en Oostenrijk enerzijds en de Triple Entente: Engeland, Frankrijk, Rusland, en Servië, en België anderzijds hebben de arbeiderspartijen in Duitsland, Oostenrijk, Engeland, Frankrijk en België partij gekozen voor de bourgeoisie van hun land, en over en weer worden reeds de heftigste beschuldigingen door de ene arbeiderspartij tot de andere gericht, alsof zij ons vijanden zijn. Het schijnt alsof de Internationale de socialistische ideeën heeft opgegeven.

Deze débacle, deze nederlaag van de sociaaldemocratische gedachte en organisatie zal in de volgende bladzijden tot de oorzaken worden onderzocht. Het wezen van de Internationale tot nu toe, waardoor zij te gronde ging, zal worden blootgelegd, het karakter van de verandering die over haar komt aangetoond, en de vorm en de strijd die zij zal moeten aannemen, wil zij haar doel bereiken, aangewezen.

De geweldige toename van het kapitaal, zelf veroorzaakt door de groei der productiekrachten in de negentiende eeuw, heeft het imperialisme voortgebracht. Het streven van alle krachtige staten om zich nieuw gebied, vooral in Azië en Afrika, te veroveren.

Evenals, op het economische terrein, de vrije concurrentie vervangen wordt door het monopolie van het syndicaat en de trust, zo zoekt politiek, elke machtige kapitalistische staat het monopolie van grondbezit en van uitbuiting van vreemde gewesten.

In tegenstelling tot de vroegere koloniale politiek, die het voornamelijk om de handel te doen was, wil het moderne kapitalisme ook export van kapitaal en van productiemiddelen om de vreemde landen kapitalistisch te exploiteren, d.w.z. om de bodem te onteigenen en de inwoners tot proletariërs te maken. Dit maakt de politieke beheersing van die landen noodzakelijk.

Het eerste ontwaken van het nieuwe imperialisme, zijn eerste daad, was de bezetting van Egypte door Engeland. Daarna kwam de oorlog van Japan tegen China, Japan verovert Korea, van Amerika tegen Spanje, Amerika neemt Cuba en de Filippijnen, die van de Engelsen tegen de Boeren, de expedities van Europa tegen China, de oorlog van Japan tegen Rusland.

Intussen was de wereld verdeeld. Er bleef zo goed als geen vrij land meer over zelfs in Afrika niet.

Toen barstten achter elkaar de crisissen los. De mogendheden wilde elkaars bezit.

De Marokko crisis bedreigt driemaal de Europese vrede, de Balkan crisis tweemaal. Dan komt de Italiaans-Turkse oorlog om Tripoli, daarna de oorlogen van Servië, Bulgarije en Griekenland tegen Turkije om stukken van dit laatste rijk.

De spanning wordt hierdoor groter en groter. De verdeling van Turkije brengt de hartstochten van hebzucht en heerszucht in beweging. Duitsland wil Klein-Azië, Mesopotamië, Belgisch- en Frans-Congo, Nederlands-Indië, de Portugese bezittingen, een samenhangend gebied in Afrika van Oost naar West, Marokko, als het kan een stuk van de Engelse bezittingen. Frankrijk wil het enorme koloniale rijk dat het in de laatste eeuw verwierf, behouden, en als het kan meer verwerven. Syrië, een stuk van Klein-Azië, Duits-Afrikaans gebied. Italië zoekt uitbreiding in Afrika, als het kan in het Oosten van de Middellandse Zee. Engeland wil houden wat het heeft en Afrika maken tot een Engels werelddeel. Het wil een aaneensluitend gebied van de Kaap naar Egypte, en over het Kanaal van Suez door Klein-Azië Mesopotamië, Arabië, Perzië en Afghanistan naar India.[1]

Duitsland, Frankrijk, Engeland, Rusland, Japan, de Verenigde Staten loeren op China.

Holland wil Nederlands-Indië behouden.

België de Congo.

Portugal zijn Afrikaanse koloniën. Al deze kleine staten willen de uitbuiting en de overheersing van hun koloniën vergroten en vermeerderen.

Oostenrijk-Hongarije wil de oostkust van de Adriatische Zee, Servië een stuk van Macedonië, toegang naar de Egeïsche zee.

Rusland wil de Balkan, Turkije, Klein-Azië, Perzië, Mongolië, misschien havens aan de Atlantische Oceaan.

Alle staten zoeken terreinen voor export van hun waren, voor hoge winstgevende belegging van hun kapitaal.

Het imperialisme wil niet alleen koloniën, het wil ook sferen van invloed voor de handel, en industrieel en financieel monopolie.

Men moet echter niet geloven dat het imperialisme alleen ver over zee, in koloniën expansie zoekt.

Rusland en Oostenrijk, die expansie zoeken in Europa, bewijzen dit.

Indien, het voor de verovering en beheersing van de koloniën en van de zee nodig is, zoekt het kapitaal uitbreiding door verovering en onderwerping, of althans afhankelijk maken van vreemde staten in Europa. Zoals Duitsland nu met België (of van een deel van België!), en Holland, later misschien Denemarken, die het nodig heeft om hun ligging, om hun havens, voor zijn expansie in de wereld en zijn strijd tegen Engeland. Alle grote staten zoeken wereldmacht, beheersing van de zee, een definitief monopolie voor hun volk.

Om al deze doeleinden, of een deel, te bereiken, en anderen er van af te houden, hebben de grote mogendheden met elkaar verbonden gesloten. Duitsland met Oostenrijk, Engeland met Frankrijk en Rusland.

En om deze strijd, althans voorlopig de eerste fase, uit te vechten is deze oorlog ondernomen. De ware oorzaak, het begin, het teweegbrengen van deze oorlog is dus niet één staat, maar alle staten die de imperialistische politiek voeren, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Oostenrijk, Rusland, België, Japan. Elk voor zich en alle samen zijn de oorzaak. [2]

Alle gebazel van burgerlijke en sociaaldemocratische partijen en bladen, dat men een afweeroorlog voert, dat men wel mee moet doen omdat men aangevallen is, is niets dan bedrog dat dient om aan het eigen meedoen een schone schijn te geven.

Duitsland, of Rusland, of Engeland de oorzaak van de oorlog te noemen is even dwaas of onwaar als de opening in de vulkaan, de schuld te geven van de uitbarsting.

Alle Europese staten hebben zich voor dit conflict sinds jaren gewapend. Zij willen allen aan hun roofzucht voldoen. Zij zijn allen even schuldig.

_______________
[1] Het karakter van het imperialisme van verschillende landen is verschillend, bv. dat van Rusland anders dan dat van Engeland. Het zou ons te ver voeren dit hier uiteen te zetten.
[2] Kautsky is van een andere mening. Hij meent (in zijn brochure nationale Staat, Imperialistische Staat en Statenbond) dat de tegenwoordige oorlog niet door imperialistische motieven ontstaan is. Hoe komt Kautsky tot deze mening? Hij geeft toe dat de strijd tussen Duitsland en Engeland om de weg over land naar India, over de Balkan, Turkije, Klein-Azië, Arabië de hoofdoorzaak van hun tegenstelling is. Maar, zegt hij, deze oorzaak bestaat niet meer. Tussen Oostenrijk en Turkije ligt nu een slagboom van zelfstandige staten: Servië enz. Daardoor, zegt Kautsky, verloor de Duitse politiek in Turkije en Klein-Azië haar voor Engeland dreigend karakter. “Daarom heeft men het recht te zeggen, dat het Oost-Europese uitgangspunt van de oorlog niet imperialistisch is.” De Oost-Europese politiek wordt niet door imperialistische verlangens beheerst. En “West-Europa werd in de tijd van het uitbreken van de oorlog door geen imperialistische strijdvraag verdeeld. Zij waren allen geregeld.”
Wij vragen: En het ultimatum van Servië aan Oostenrijk? Het ultimatum dat Duitsland waarschijnlijk dicteerde, in elk geval wilde?
Wat was dit ultimatum anders dan het ontrollen van het gehele Balkan-vraagstuk, zijn gewelddadige oplossing naar de wil van Oostenrijk en Duitsland, waardoor vanzelf ook het Turkse, het Klein-Aziatische, het Arabische en als slot ook het Indische vraagstuk werd ontrold? Zo raakte het Oostenrijkse ultimatum de diepste kern van de Duits-Engelse tegenstelling.
Hiermee is Kautsky’s bewering weerlegd. Wij zullen verder zien dat Kautsky tot deze vervalsing van de feiten komt door vrees. Door vrees voor de niet te ontwijken strijd tussen imperialisme en proletariaat, en voor zijn sterkste wapen: de massa-actie.
Kautsky is met deze bewering tot bondgenoot geworden van de Duitse en Oostenrijke imperialistische klasse, de grote banken en haar knechten. Want niets kan deze mensen aangenamer zijn dan dat deze oorlog, de slachting van hun volk en de moord op de arbeiders van Europa, de arbeiders niet wordt voorgesteld als het noodzakelijke gevolg van hun onverzadelijke dorst naar vergroting van gebied. Het spreekt van zelf dat bij een zo reusachtige oorlog ook andere motieven hier en daar meespelen. Deze zijn echter onbetekenend vergeleken bij het imperialisme, en kunnen daarom hier weggelaten worden. Alleen zij vermeldt dat Servië vecht voor zijn stichting als nationale staat.