Leon Trotski

Manifest van de Communistische Internationale

De kapitalistische wereld en de Communistische Internationale


Geschreven: 1920
Bron: Brochure van de Communistische Partij (Nederlandse sectie van de Communistische Internationale), 1921
Vertaling: W. S. van Reesema
Deze versie: Spelling en punctuatie. Deze versie is niet volledig vertaald, volledige versie is te vinden in het Engelse archief. Deze versie komt uit: Nieuwe Nederlandstalige Trotski Bibliotheek 1. Revolutionair-Socialistische Publicaties, Groningen 2007. Door Karel ten Haaf
Transcriptie/HTML: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive, mei 2007


Meer: De revolutionaire massa-actie (van Henriette Roland Holst - van der Schalk)


De Communistische Internationale, vertegenwoordigd door 35 naties, kwam op 17 juli 1920 te Petersburg in congres bijeen. De zittingen van het congres werden van 23 juli tot 7 augustus te Moskou voortgezet. Op dit congres hebben de communisten zich rekenschap gegeven van de internationale toestand, een terugblik geworpen op de weg die zij reeds hebben afgelegd en de leidraad voor de toekomstige strijd vastgesteld.

In nauwe geestelijke gemeenschap, in de diepe overtuiging van de belangrijkheid van haar taak en de werkzaamheid van haar methoden, wendt zich de Communistische Internationale tot de arbeiders en arbeidsters van de ganse wereld met het volgende manifest:

I. De internationale betrekkingen na Versailles

De bourgeoisie van de ganse wereld gedenkt spijtig het verleden. Alle grondslagen van de binnen- en buitenlandse politieke betrekkingen zijn vernietigd of geschokt. Het ‘morgen’ zweeft als een zwarte dreiging boven de wereld der uitbuiters. De imperialistische oorlog, heeft voorgoed het oude systeem der bondgenootschappen en wederkerige beveiligingen vernietigd, dat aan het internationale evenwicht en de gewapende vrede ten grondslag lag. De vrede van Versailles gaf geen nieuw evenwicht daarvoor in de plaats.

Het eerst moest Rusland daarna Oostenrijk-Hongarije en Duitsland als handelende factor van het wereldtoneel verdwijnen. De machtigste landen, die de voornaamste rol in het systeem der wereldverdeling speelden, werden nu zelf tot buit van dieven en rovers. Voor het overwinnende imperialisme van de Entente doemde een nieuw onafzienbaar terrein van koloniale uitbuiting op, een terrein dat direct aan de overkant van de Rijn begint, gans Midden- en Oost-Europa omvat en dat zich verder tot aan de Stille Oceaan uitstrekt. Kan de Congo of Syrië, Egypte of Mexico met de steppen, wouden en mijnen van Rusland en de geschoolde arbeidskracht van Duitsland ook maar worden vergeleken? Het nieuwe koloniale program van de overwinnaars wordt vanzelf bepaald: het omverwerpen van de arbeidersrepubliek in Rusland, het roven van de Russische grondstoffen, de Duitse arbeiders dwingen met behulp van de Duitse kolen, deze grondstoffen te verwerken, hiertoe de gewapende Duitse ondernemers als opzichters gebruiken - om op deze wijze de beschikking te verkrijgen over de producten en de winst. Het programma om ‘Europa’ te organiseren, dat door het Duitse imperialisme op het moment van zijn grootste militaire succes naar voren werd gebracht, werd door zijn opvolgers, de zegevierende Entente, overgenomen. Als de regeerders van de Entente de overwonnen bandieten van het Duitse Rijk voor de rechtbank brengen, staan deze in werkelijkheid voor een gerecht van dezelfde misdadigers.

Maar ook in het kamp van de overwinnaars zelf vindt men overwonnenen. Dronken van chauvinisme en van haar overwinningen ten bate van anderen behaald, voelt zich de bourgeoisie van Frankrijk als de overwinnaar van Europa, in werkelijkheid heeft zich Frankrijk sinds het begin van zijn bestaan nimmer in zulk een slaafse afhankelijkheid van sterkere staten (Engeland en Noord-Amerika) bevonden als thans het geval is. Frankrijk schrijft België een bepaald economisch en militair program voor, verkeert de zwakkere bondgenoot in een onderworpen provincie, maar tegenover Engeland speelt Frankrijk zelf de rol van België, alleen op grotere schaal.

De Engelse imperialisten veroorloven van tijd tot tijd de Franse woekeraars binnen de hun aangewezen grenzen op het continent hun eigen gang te gaan. Zij leiden op deze wijze kunstmatig de hevige verontwaardiging van de arbeiders van Europa en zelfs die van Engeland van zich Frankrijk af. De macht van het uitgebloede en vernielde Frankrijk heeft een bedrieglijk bijna lachwekkende karakter, hetgeen ook in de koppen van de Franse sociaalpatriotten met de dag meer duidelijk wordt.

Nog dieper zonk de wereldbetekenis van Italië. Zonder kolen, zonder brood, zonder grondstoffen, door de oorlog volkomen uit het evenwicht geslagen, is de Italiaanse bourgeoisie ongeacht haar kwaadwilligheid, niet in staat haar recht op diefstal en plundering zelfs in de haar door Engeland geschonken koloniale brokstukken volledig te doen gelden.

Japan, verscheurd door feodaal verkapte kapitalistische tegenstellingen, staat voor een scherpe revolutionaire crisis, die reeds thans, ongeacht de voordelige internationale omstandigheden, zijn imperialistische aanloop verhindert.

Er blijven dus slechts twee werkelijke wereldstaten over. Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.

Het Engelse imperialisme heeft zich bevrijd van de Aziatische concurrentie van het tsarisme en van de zeer dreigende concurrentie van Duitsland. De heerschappij op zee van Groot-Brittannië heeft haar toppunt bereikt. Het omvat de werelddelen door middel van de aan zijn macht onderworpen volken. Doordat Groot-Brittannië de hand legt Finland, Estland en Litouwen, ontneemt het aan Zweden en Noorwegen het laatste overblijfsel van de onafhankelijkheid, het maakt de Oostzee tot een Engels binnenwater. In de Noordzee vindt het niets tegenover zich. Over Zuid-Afrika, Egypte, India, Perzië verandert het de Indische Oceaan in een Engelse zee. Doordat Groot-Brittannië de zeeën beheerst, controleert het ‘t vasteland. Zijn wereldbeheersende rol wordt beperkt door de Amerikaanse dollarrepubliek en de Russische Sovjetrepubliek.

De wereldoorlog wierp de Verenigde Staten voorgoed uit het vastelandconservatisme.

Het program van de meest besliste groep van het nationale kapitalisme - ‘Amerika voor de Amerikanen’ (Monroeleer) — werd afgelost door het program van het imperialisme ‘de ganse wereld voor de Amerikanen’. Van de handelsindustriële en financiële uitbuiting van de oorlog, van de neutrale winstmakerij uit het Europese bloed, ging Amerika over tot de inmenging in de oorlog, speelde de beslissende rol bij de overwinning op Duitsland en stak zijn handen in alle kwesties van de Europese en de wereldpolitiek.

Onder het vaandel van de Volkenbond poogden de Verenigde Staten hun ervaring met de federatieve vereniging van grote bevolkingsmassa’s van verschillende origine naar de andere kant van de oceaan uit te breiden, ook de volken van Europa en de andere werelddelen voor hun gouden triomfkar te spannen en hen aan de regering van Washington te onderwerpen. De Volkenbond zou feitelijk een wereldmonopolie-firma Yankee en co worden.

De president van de Verenigde Staten, de grote profeet met zijn holle frasen, daalde met zijn 14 punten in de hand van de berg Sinaï, om Europa te veroveren. De ministers, de beurs- en zakenlui van de bourgeoisie, lieten zich geen moment over de betekenis van de nieuwe ontdekking voor de gek houden. Daarentegen geraakten de Europese ‘socialisten’ onder kautskyaans sidderen in een toestand van religieuze extase en dansten als koning David om Wilsons heilige ark des Verbonds.

Toen men tot de praktische kwesties overging, werd het de Amerikaanse apostel duidelijk, dat ongeacht de hoge dollarkoers, de eerste plaats ter zee nog altijd door Groot-Brittannië wordt ingenomen, omdat dit land de sterkste vloot, de langste telegraafkabels en de oudste ervaring op het gebied van de wereldplundering bezit. Bovendien botste Wilson op zijn weg tegen de Sovjetrepubliek en het communisme. De beledigde Amerikaanse Messias keerde zich van de Volkenbond af, die Engeland in een van zijn diplomatieke kanselarijen veranderde en draaide Europa de rug toe.

Het zou echter dwaas zijn aan te nemen dat het door Engeland bij de eerste aanval afgeslagen Amerikaanse imperialisme zich binnen de Monroe-leer zou terugtrekken. Integendeel, de Verenigde Staten, die het Amerikaanse vasteland steeds meer aan zich ondergeschikt maken, die de landen van Centraal- en Zuid-Amerika tot hun kolonies maken, zijn van plan — zowel de democraten als de republikeinen — als tegenwicht tegen de Engelse Volkenbond een eigen bond, d.w.z. een bond met Noord-Amerika als centrum van het wereldsysteem te scheppen. Om dit te kunnen doorvoeren zullen zij hun oorlogsvloot in de loop van de komende 3 tot 5 jaren sterker zien te maken dan de Engelse marine. Hiermee rijst voor het Engelse imperium de kwestie: zijn of niet te zijn.

Parallel met de waanzinnige concurrentie van de beide reuzen op het gebied van de scheepsbouw, loopt de niet minder dolzinnige strijd om de petroleum.

Frankrijk, dat gemeend had de rol van scheidsrechter tussen Engeland en de Verenigde Staten te kunnen spelen, zag zich als trawant van tweede rang binnen de baan van de Engelse planeet getrokken.

De Volkenbond verscheen thans aan Frankrijk als een onverdraaglijke dwang en het zoekt door het aanstoken van de tegenstellingen tussen Engeland en de Verenígde Staten een uitweg.

Zo werken ontzaglijke krachten aan de voorbereiding van een nieuwe wereldoorlog.

Het gedurende de oorlog opgestelde programma tot bevrijding van de kleine naties, leidde tot de volkomen vernieling en verslaving, zowel van de zegevierende als van de overwonnen Balkanvolkeren en tot de verbalkanisatie van een groot deel van Europa. De imperialistische belangen drongen de overwinnaars een aantal kleine nationale staten van de door hen vernietigde grote mogendheden af te splinteren. Deze nieuwe burgerlijke kleine staten zijn slechts bijproducten van het imperialisme. Het imperialisme stichtte voor zijn behoefte een reeks kleine nationale staten, die openlijk onderdrukt of officieel worden geprotegeerd, maar die in werkelijkheid vazallen zijn: Oostenrijk, Hongarije, Polen, Zuid-Slavië, Tsjecho-Slowakije, Finland, Estland, Letland, Litouwen, Armenië, Georgië en anderen. Het imperialisme, beheerst hen door middel van de bank, de spoorwegen, het kolenmonopolie en veroordeelt hen tot onverdraaglijke economische en nationale moeilijkheden, eindeloze conflicten en bloedige twisten.

Welk een wonderlijke ironie van de geschiedenis is het feit dat het herstel van Polen, dat tot het programma van de revolutionaire democratie en bij het eerste optreden van het internationale proletariaat behoorde, door het imperialisme verwerkelijkt werd om de revolutie tegen te gaan en dat het ‘democratische Polen’, van wie de strijders op de barricaden van gans Europa stierven, thans de rol vervult van het smerigste en bloedigste werktuig in de roofgierige klauwen van de Engels-Franse bende tegen de eerste republiek ter wereld van het proletariaat!

Naast Polen leverde het ‘democratische’ Tsjecho-Slowakije, dat zich aan het Franse kapitaal heeft verkocht, wit-gardistische contingenten tegen Sovjet-Rusland en Sovjet-Hongarije.

De heldhaftige poging van het Hongaarse proletariaat om zich uit de staatkundige en economische chaos van Midden-Europa een weg naar de Sovjetfederatie te banen — de enige reddingsweg — werd door de verenigde kapitalistische reactie op een moment de kop ingedrukt, waarop bleek dat het proletariaat van de sterkste staten van Europa, bedrogen door zijn leiders, nog niet in staat was zijn plicht tegenover Sovjet-Hongarije en zichzelf te vervullen.

De Sovjetregering van Hongarije viel onder medewerking van de sociaalpatriotten, die hunnerzijds na een machtsuitoefening die drie en een halve dag duurde, door de teugelloze contrarevolutionaire bende werden weggevaagd, wier bloedige misdaden die van Koltsjak, Denikin, Wrangel en de overige agenten van de Entente overtreffen. Maar zelfs het tijdelijk onderdrukte Sovjet-Hongarije is een vuurbaak voor het arbeidende volk van Midden-Europa.

Het Turkse volk wenst zich niet te schikken naar de schofterige vrede, die de heersers ter Londen hebben uitgewerkt. Tot uitvoering van zijn voorwaarden heeft Engeland Griekenland bewapend en op Turkije losgelaten. Hierdoor wordt het Balkanschiereiland en Voor-Azië, het Turkse zowel als het Griekse volk aan een volkomen verwoesting en wederzijdse vernietiging overgeleverd.

In de strijd van de Entente tegen Turkije speelde Armenië dezelfde rol op het program als België in de strijd tegen Duitsland en Servië in de strijd tegen Oostenrijk-Hongarije. Nadat Armenië was opgericht — zonder grenzen en zonder mogelijkheid van bestaan — bedankte Wilson voor het Armeense mandaat, dat de ‘Volkenbond’ hem aanbood; de bodem van Armenië bevat nu eenmaal geen petroleum of platina. Het ‘bevrijde’ Armenië is thans minder beschut dan ooit.[1]

Bijna ieder van de nieuw geschapen nationale staten, heeft zijn irredenta, d.w.z. zijn nog niet ‘bevrijde’ volksgenoten.

Tegelijkertijd bereikte de nationale strijd in de bezittingen van de zegevierende landen zijn hoogtepunt. De Engelse bourgeoisie die de volken van vier werelddelen wil leiden, toont zich niet in staat de nabij liggende Ierse kwestie op te lossen.

Dreigend rijst de nationale kwestie in de koloniën: Egypte, India en Perzië worden door opstanden beroerd. De leus van de proletariërs van Europa en Amerika: de Sovjetfederatie wordt door de werkers in de koloniën overgenomen.

Het officiële, nationale, beschaafde burgerlijke Europa gelijkt na de wereldoorlog en de vrede van Versailles een gekkenhuis.

De kunstmatig versplinterde kleine staten, die economisch binnen hun grenzen verstikken, verscheuren elkaar en voeren oorlog om havens, provincies en, onbetekenende kleine steden. Zij zoeken bescherming van grotere staten, wier tegenstellingen met de dag toenemen. Italië staat vijandig tegenover Frankrijk en is geneigd Duitsland tegenover Frankrijk te ondersteunen, indien Duitsland in staat zou zijn de kop op te steken. — Frankrijk is giftig van nijd op Engeland en staat, om zijn rente binnen te halen, gereed om Europa opnieuw in brand te steken. Engeland houdt, met behulp van Frankrijk, Europa in een toestand van chaotische machteloosheid en krijgt daardoor bewegingsvrijheid voor wereldoperaties die gericht zijn tegen de Verenigde Staten.

De Verenigde Staten veroorloofden Japan, om zich in Oost-Siberië te handhaven teneinde zich tegen het jaar 1925 het overwicht over de Engelse vloot te verzekeren. Indien althans Engeland niet besluit voer die tijd zijn krachten met die van de Verenigde Staten te meten.

Geheel in overeenstemming met dit beeld van de wereldverhoudingen maakt het militaire orakel van de Franse bourgeoisie, generaal Foch, bekend dat de nieuwe oorlog met de technische middelen begint, waarmee de afgelopen oorlog is geëindigd: met vliegtuigen en tanks; met machinegeweren en automatische geweren; in plaats van handvuurwapens, met granaten in plaats van bajonetten.

Arbeiders en boeren van Europa, Amerika, Azië, Afrika en Australië! Gij hebt 10 miljoen doden, 20 miljoen gewonden en verminkten opgeofferd! Thans weet gij tenminste, wat gij voor deze prijs hebt verkregen!

II. De economische toestand

Intussen duurt de verwoesting onder de mensheid voort.

De oorlog vernietigde die wereldeconomische betrekkingen, wier ontwikkeling juist een van de meest gewichtige resultaten van het kapitalisme was. Vanaf het jaar 1914 waren Engeland, Frankrijk en Italië afgesneden van Midden-Europa en vanaf 1917 van Rusland.

In de loop van de oorlogsjaren werd alles vernietigd wat een reeks van geslachten had opgebouwd, werd de menselijke arbeid, die op deze gebieden zijn werkzaamheden ontplooide, tot een minimum teruggebracht. Terwijl het noodzakelijk ware geweest uit de voorhanden zijnde voorraden, grondstoffen, verbruikswaren te produceren werden deze voornamelijk in wapenen en vernielingsmiddelen omgezet.

Op de voornaamste gebieden van de productie, waar de mens direct strijdt met de tegenstand van de natuur, waar hij met moeite kolen en grondstoffen uit de aarde haalt nam de arbeid voortdurend af. De overwinningen van de Entente en de vrede van Versailles hebben het economische verval en de economische vernietiging niet tegengehouden, deze namen slechts een ander uiterlijk, een andere vorm, aan.

De blokkade van Sovjet-Rusland en het kunstmatige aanstoken van de oorlog in de vruchtbare grensstaten, deed en doet ook thans nog aan de welvaart van de ganse mensheid geweldig afbreuk. Met geringe technische ondersteuning zal Rusland — zoals dit door de Internationale aan de ganse wereld werd aangetoond — dank zij het radensysteem van zijn productie aan Europa twee of driemaal zoveel levensmiddelen en grondstoffen kunnen verschaffen, als het tsaristische Rusland vroeger leverde. Maar in plaats hiervan dwingt het Engels-Franse imperialisme de arbeidersrepubliek heel haar kracht in dienst te stelten van de verdediging. Om de Russische arbeiders en boeren de stookolie te onthouden, hield Engeland Bakoe bezet, hoewel het voor eigen gebruik slechts een uiterst gering deel van de petroleumopbrengst kon uitvoeren. Het rijke steenkolengebied van de Don werd door de wit-gardistische benden van de Entente verwoest. Franse instructeurs en genieofficieren hebben niet weinig bijgedragen tot de vernietiging van Russische bruggen en spoorwegen.

De Duitse techniek en de hoge productiviteit van de Duitse arbeid, belangrijke factoren voor de vernieuwing van de wereldhuishouding, werden na de vrede van Versailles nog sterker dan gedurende de oorlog in hun werkzaamheid geremd. De Entente staat voor onoplosbare tegenstellingen. Om betaling af te dwingen moet men arbeidsmogelijkheden scheppen, die wederom de mogelijkheid tot bestaan tot voorwaarde hebben. De mogelijkheid tot bestaan verschaffen aan het vernielde, verbrokkelde en uitgeputte Duitsland betekent echter het schenken van de mogelijkheid tot verweer aan dit land. De vrees voor de Duitse revanche dicteert de politiek van Foch: het voortdurende aanzetten van de militaire schroef. Overal heerst de nood en het gebrek. Niet slechts de Duitse staat, maar ook de Franse en de Engelse handelsbalans vertonen een sterk passief karakter.

De Franse staatsschuld is gestegen tot 300 miljard francs, dit bedrag is volgens de reactionaire Franse senator Gaudin de Villaine, voor tweederde op roof, verwoesting en plundering terug te voeren.

Het in Frankrijk tot herstel van de in de oorlog verwoeste gebieden uitgevoerde werk is een druppel in de zee der verwoesting. Het gebrek aan grondstoffen en arbeidskrachten zijn onoverkomelijke moeilijkheden.

Frankrijk heeft geld en steenkool nodig. Met verwijs naar de ontelbare graven op de militaire kerkhoven, eist de Franse bourgeoisie haar procenten. Duitsland moet betalen. Generaal Foch heeft nog zwarten over voor de bezetting van Duitse steden. Rusland moet betalen. Om het Russische volk tot betaling te dwingen, geeft de Franse regering miljarden uit ter verwoesting van Rusland, die bijeen waren gebracht voor de wederopbouw van Frankrijk.

De internationale financiële overeenkomst, die de belastingdruk in Frankrijk langs de weg van min of meer totale annulering van de oorlogsschulden zou verlichten, is niet tot stand gekomen; de Verenigde Staten tonen niet de minste neiging om Europa 10 miljard pond sterling te schenken.

De uitgifte van papiergeld gaat voort terwijl in Sovjet-Rusland de toename van het papiergeld, en zijn waardevermindering met de gelijktijdige ontwikkeling van de veralgemeende, planmatige verdeling der producten en de geregeld voortschrijdende naturalisatie van het arbeidsloon, slechts het resultaat voorstelt van het afsterven van de handels en geldhuishouding, wijst het toenemen van de massa papiergeld in de kapitalistische staten op een uitbreiding van de economische chaos en op de onvermijdelijke ineenstorting.

De conferenties van de Entente reizen van de ene plaats naar de andere en trachten in alle Europese badplaatsen geestdrift op te doen. Op alle conferenties wordt rente geëist van het vergoten bloed. Deze rondtrekkende beurzen van kadavers, die om de veertien dagen opnieuw de kwestie beslissen of Frankrijk 50 of 55 procent van de schadevergoedingen zal krijgen dat Duitsland niet kan betalen, vormen de bekroning van de veelbelovende ‘organisatie van Europa’.

De oorlog heeft de ontwikkeling van het kapitalisme op de spits gedreven. Het planmatige uitpersen van de meerwaarde in het productieproces; de grondslag van de economische winst schijnt de meest dringende bezigheid van de heren bourgeois te zijn. Zij zijn er gewoon aan geraakt, in de loop van enkele dagen hun kapitaal door speculatie en internationale roverij te verdubbelde en te vertienvoudigen.

De bourgeoisie heeft enige vooroordelen, waar zij last van had, van zich afgeschud en enige kundigheden opgedaan die zij niet bezat. De oorlog leerde haar de hongerblokkade tegen ganse landen, het bombardement uit de lucht en het platbranden, van steden en dorpen, de doelmatige verspreiding van cholerabacillen en het verzenden van dynamiet in de koffers van diplomaten, het namaken van het bankpapier van tegenstanders, de omkoping, de spionage, en de smokkelarij op vroeger niet gekende schaal. De in de oorlog geleerde praktijk bleef ook na het sluiten van de vrede voor de handel bestaan. De speculaties van de groothandel vallen tegenwoordig samen met de manipulaties van de Staat, die optreed als wereldroversbende, uitgerust met alle middelen van geweld.

Hoe meer de productie op wereldmaatstaf geschiedt, des te wilder en dolzinniger worden de methoden tot inbezitneming van de meerwaarde. Roof! Dit is het laatste woord van de politiek van het kapitaal, dat in de plaats is gekomen van de vrijhandel en de bescherming. De overval van de Roemeense verwoesters op Hongarije, vanwaar zij locomotieven en edelstenen wegvoerden, is het symbool van de economische filosofie van Lloyd George en Millerend.

In haar binnenlandse economische politiek weifelt de bourgeoisie tussen een programma van vergaande nationalisatie, regeling en controle enerzijds en het protest tegen de gedurende de oorlogstijd ontstane inmenging van de Staat anderzijds. Het Franse parlement is voor de kwadratuur van de cirkel: het vormen van een ‘centraal bestuur’ bij de spoorwegen van de republiek, zonder de private kapitalistische belangen van de spoorwegmaatschappijen te schaden! Tegelijkertijd voert de kapitalistische pers van Frankrijk een kwaadaardige strijd tegen de alles verslindende Staat (étatisme) die het particuliere initiatief beperkt. De Amerikaanse spoorwegen die gedurende de oorlog door het staatsbeheer waren verwaarloosd, vervielen in een nog troostelozer toestand na de opheffing van de staatscontrole. Toch belooft op dit moment de republikeinse partij in haar verkiezingsprogramma het economische leven van de willekeurige inmenging door de staat te zullen bevrijden. De leider van de Amerikaanse vakverenigingen, Samuel Gompers, de oude waakhond van bet kapitaal, voert de strijd aan tegen de nationalisatie van de spoorwegen, die in Frankrijk en in de andere landen door de wijsneuzen en charlatans van het reformisme als universeel geneesmiddel wordt geëist. Feitelijk valt het op zichzelf staande ingrijpen van de staat op economisch terrein samen met het werk van de speculatie en heeft dit een nog grotere chaos in de kapitalistische productie in het tijdperk van verval tengevolge. De overgave van belangrijke productietakken uit handen van enkele trusts in die van de ‘natie’, d.w.z. van de burgerlijke staat, van de machtigste en meest roofgierige trust betekent in plaats van het opheffen, het veralgemenen van het kwaad. De prijsval en de verbetering van de valuta zijn slechts voorbijgaande verschijnselen die de ineenstorting niet tegenhouden. De prijsveranderingen heffen de grondoorzaken niet op; het gebrek aan grondstoffen en de vermindering van de productiviteit van de arbeid. De massa’s die de ontzettende wereldoorlog hebben overleefd, zijn niet in staat met het vroegere tempo onder de vroegere voorwaarden te arbeiden. De in enkele uren volbrachte vernietiging van waarden; waarvan de schepping jaren had gekost, het brutale spel met miljarden door een financiële kliek, die steeds hoger stijgt op de puinhopen van Europa — dit aanschouwelijk onderricht der geschiedenis, is nu juist niet in staat de automatische discipline van de loonarbeid in de arbeidersklasse in stand te houden. De burgerlijke economen en schrijvers spreken van een ‘luiheidsgolf’ die zich over Europa uitstort en die de economische toekomst ondermijnt. De bedrijfsleiders pogen te helpen door de geschoolde arbeiders enige voordelen toe te staan. Vergeefse pogingen! Voor het herstel en de verdere verheffing van de productiviteit van de arbeid moet de arbeidersklasse de zekerheid hebben dat iedere hamerslag haar eigen welvaart en haar eigen beschavingspeil verhoogt, dat zij niet aan het gevaar van nieuwe loonslavernij wordt blootgesteld. Deze zekerheid kan slechts de sociale revolutie aan de arbeidersklasse geven.

Het stijgen van de prijzen der levensmiddelen werd een grote factor voor de groei van de revolutionaire beweging in alle landen.[2] De bourgeoisie van Frankrijk, Italië, Duitsland en de andere landen, poogt door geringe aalmoezen de nood van de duurte te lenigen en het toenemen van de stakingen te voorkomen. Om een deel van de opbrengst van de arbeidskracht aan de agrariërs uit te betalen, voert de met schulden belaste staat duistere speculaties uit; hij besteelt zichzelf om het tijdstip der aflossing te verschuiven. Zelfs al zou een zeker deel van de arbeidersklasse op het moment beter leven dan voor de oorlog, dan nog staat dit in geen enkel verband niet de werkelijke economische toestand van de kapitalistische landen. Dit voorbijgaand resultaat werd bereikt langs de weg van gewetenloze wissels op de toekomst die met heel haar ontzaglijk gebrek en catastrofale nood nadert.

Maar de Verenigde Staten? “Amerika is de hoop van het menselijk geslacht” — zo herhaalt in de taal van Millerand de Franse bourgeois de frase van Turgot. Hij hoopt daarbij op de kwijtschelding van de schulden, die hij zelf niemand kwijt scheldt. Maar de Verenigde Staten zijn niet in staat Europa uit het economische slop te voeren. In de loop van de laatste 6 jaren hebben ook zij hun voorraden grondstoffen uitgeput.

De aanpassing van het Amerikaanse kapitalisme aan de behoeften van de wereldoorlog, vernauwde zijn industriële basis. De landverhuizing uit Europa kwam tot stilstand. Vele honderdduizenden Duitsers, Italianen, Polen, Serviërs, Tsjechen, stroomden uit de Amerikaanse industrie naar Europa terug. Gedeeltelijk door de mobilisatie, gedeeltelijk aangetrokken door het drogbeeld van een weer bewoonbaar vaderland. Amerika lijdt onder gebrek aan grondstoffen en arbeidskrachten, hetgeen een zware crisis tengevolge heeft die harerzijds het Amerikaanse proletariaat in een nieuwe revolutionaire periode zal binnenleiden. Amerika wordt snel ‘geëuropeaniseerd’.

Ook de neutrale landen blijven niet verschoond van de nawerkingen van de wereldoorlog en de blokkade. Gelijk de vloeistof in verbonden buizen, wordt de huishouding van de met elkaar verbonden kapitalistische staten, grote en kleine, vechtende en neutrale, zegevierende en overwonnene, op één en hetzelfde peil — van nood, honger en ellende — neergedrukt.

Zwitserland leeft van de hand in de tand en elk niet voorzien gebeuren dreigt het uit zijn evenwicht te werpen.

In Scandinavië lost de bovenmatige stroom van goud de problemen van de productie niet op: kolen moeten met de hoed in de hand van Engeland worden afgebedeld. Niettegenstaande de honger in Europa beleeft de visserij een crisis als nooit tevoren.

Spanje, waar Frankrijk mensen, paarden en levensmiddelen van betrok; komt de slechte economische toestand, die stormachtige stakingen en oproer van de hongerende massa’s tengevolge heeft, niet te boven.

De bourgeoisie vertrouwt op het platteland. Haar economen constateren dat de welvaart van de boeren buitengewoon is toegenomen. Dit is een illusie. Zeker — de boeren die hun producten op de markt brachten, beleefden in alle landen gedurende de oorlog goede dagen. Zij verkochten hun producten voor hoge prijzen en betaalden met goedkoop geld hun schulden, die zij in tijden hadden gemaakt, toen voor hen het geld duur was. Hierin ligt hun winst. Maar hun bedrijf is in de oorlog achteruitgegaan. Zij hebben gebrek aan industrieproducten, waarvan de prijzen stegen naarmate het geld goedkoper werd. De staatsbelastingen namen geweldig toe en dreigden de boer zijn land en zijn producten te ontnemen.

Zo geraken de kleine boeren na een periode van welvaart in des te ondraaglijke moeilijkheden. Hun ontevredenheid over de resultaten van de oorlog zal steeds toenemen en als staand leger zullen zij de bourgeoisie onaangename verrassingen bereiden.

Het economische herstel van Europa, waar de ministers van praten, is een leugen. Europa gaat ten gronde en daarmee de ganse wereld.

Er bestaat op de bodem van het kapitalisme geen redding. De politiek van het imperialisme leidt niet tot de opheffing van de nood, integendeel, zij leidt tot de groei daarvan door plundering van de voorhanden zijnde voorraden.

De kwestie van de brand- en grondstoffenvoorziening is een internationale kwestie, die slechts op de grondslag van een planmatige, algemene socialistische productie kan worden opgelost.

Men moet de staatsschulden annuleren, men moet de arbeid en zijn vruchten bevrijden van het ontzaglijke tribuut aan de wereldplutocratie. Men moet deze plutocratie omverwerpen. De Opperste Economische Raad der Entente moet plaats maken voor de Opperste Economische Raad van het Wereldproletariaat, dit alle economische bronnen van de mensheid planmatig gecentraliseerd in werking zal stellen.

Men moet het imperialisme doden, opdat het menselijk geslacht kan leven!

Alle krachten van de bezitters zijn op twee dingen geconcentreerd: hoe zich in de internationale strijd te handhaven en het proletariaat niet meester in de staat te laten worden. Bij deze kwesties hebben de vroegere politieke groeperingen van de bourgeoisie hun krachten uitgeput. Niet slechts in Rusland, waar de banier van de Kadettenpartij de vaan van alle bezitters tegen de revolutie van de arbeiders en boeren werd, maar ook in de landen met een andere en hogere politieke cultuur zijn de vroegere programma’s die de verschillende groepen van de bourgeoisie scheidden, nog vóór de revolutionaire aanval van het proletariaat verdwenen.

Lloyd George treedt op als heraut der vereniging van conservatieven, unionisten en liberalen voor de gemeenschappelijke strijd tegen de opkomende macht van de arbeidersklasse. Hoog boven deze vereniging plaatst de oude demagoog de zegen van de kerk als een elektrische batterij dit met zijn stroom alle partijen van de bezittende klasse gelijkmatig voedt.

In Frankrijk lijkt het nog kort geleden zo levend tijdperk valt het antiklerikalisme een voorwereldlijk spookbeeld. Radicale royalisten en katholieken vormen thans één blok der nationale orde tegen het zich verheffende proletariaat. Terwijl de Franse regering met alle macht de reactie ondersteunt, erkende zij Wrangel en hernieuwt zij de diplomatieke betrekkingen met het Vaticaan.

De voorstander van de neutraliteit en de vriend van de Duitsers Giolitti staat aan het hoofd van de Italiaanse regering als gemeenschappelijk leider van de aanhangers der neutraliteit en die van de oorlog, van de klerikalen en van de republikeinen. Hij is bereid tot toegeven in ondergeschikte kwesties van de binnen- en buitenlandse politiek, om des te scherper te kunnen optreden tegen de revolutionaire aanval van de proletariërs van stad en land. Terecht acht zich de regering van Giolitti het laatste krachtige bolwerk van de Italiaanse bourgeoisie.

De politiek van de Duitse regeringen en regeringspartijen na de val van de Hohenzollners heeft bestaan in het gemeenschappelijk met de heersende klassen van de Entente scheppen van een atmosfeer van haat tegen het bolsjewisme, d.w.z. tegen de sociale revolutie.

Terwijl de Engels-Franse Shylock steeds nijdiger het Duitse volk worgt, verzoeken alle partijen van de Duitse bourgeoisie de vijand de boeien zo ver los te maken, dat zij eigenhandig de voorhoede van het Duitse proletariaat kunnen verpletteren. Dit maakt de hoofdschotel uit van alle beraadslagingen en conferenties over de ontwapening van Duitsland.

In Amerika is de scheidingslijn tussen republikeinen en democraten verdwenen. Deze machtige politieke organisaties die tot nu toe gericht waren naar de Amerikaanse verhoudingen, bleken geheel en al ontoereikend toen de Amerikaanse bourgeoisie de arena van de roof op wereldmaatstaf binnentrad.

Nog nooit werden de intriges van leiders en klieken — zowel die van de oppositie als van de ministeriële — op zulk een cynische wijze openlijk getoond als thans het geval is. Maar tegelijkertijd vormen alle leiders, klieken, burgerlijke partijen één gemeenschappelijk front tegen het revolutionaire proletariaat.

Terwijl socialistische domkoppen volharden in het stellen van de geleidelijke weg van de democratie tegenover de gewelddadige weg van de dictatuur, worden de laatste overblijfselen van de democratie in alle staten ter wereld verpletterd en vernietigd.

Nadat gedurende de wereldoorlog de parlementen de rol van machteloze doch lawaaimakende patriottische schermen voor de heersende imperialistische klieken hadden gespeeld, vervielen zij na de vrede in een toestand van algehele verstikking. Alle ernstige kwesties worden buiten het parlement beslist. Hieraan wordt niets veranderd door de in het ooglopende uitbreiding van de rechten van het parlement, die de goochelaars van het imperialisme zo plechtig in Italië en andere landen hebben afgekondigd. De feitelijke heersers en leiders van het lot van de staat: — zoals Lord Rothschild en Lord White, Morgan en Rockefeller, Synder en Dusber, Hugo Stinnes en Felix Deutsch, Rizello en Aguelli — de goud-, kolen-, petroleum-, en metaalkoningen werken achter de schermen en zenden ter uitvoering van hun opdrachten knechten in de parlementen.

Het Franse parlement, dat het wel het meest door zijn leugenachtige retoriek en cynische omkoopbaarheid is gediscrediteerd, kreeg, toen het zich met een herhaalde behandeling van een onbetekenend wetsontwerp bezig hield, plotseling de boodschap dat de 4 miljard die het voor het herstel van de verwoeste Franse gebieden had bestemd, door Clemenceau voor geheel andere doeleinden voornamelijk voor het verwoesten van Russische gebieden waren uitgegeven.

De overgrote meerderheid van de afgevaardigden in het schijnbaar almachtige Engelse parlement weet van de werkelijke bedoelingen van Lloyd George en Curzon ten opzichte van Sovjet-Rusland en zelfs van Frankrijk niet veel meer dan de Indische oude vrouwen in de dorpen van Bengalen.

In de Verenigde Staten is het parlement het gehoorzame of meezingende koor van de president, die van zijn kant slechts de leider van de kiesmachine is, d.w.z. van het politieke apparaat van de trusts — en wel nu na de oorlog in nog veel sterkere mate dan vroeger.

Het Duitse parlementarisme, een zevenmaands kind van de burgerlijke revolutie, die zelf een ontijdige geboorte der geschiedenis is, lijdt reeds als zuigeling aan alle verschijnselen van ouderdomsverzwakking. De Rijksdag van de Ebert-republiek, ‘het meest democratische parlement ter wereld’, is niet alleen volkomen machteloos tegenover de gebaren van Foch, maar ook tegenover de beursmanoeuvres van een Stinnes en de militaire konkelarijen van de officierskliek. De Duitse parlementaire democratie is een luchtledig tussen twee dictaturen.

In de samenstelling van de bourgeoisie zelf, hebben zich gedurende de oorlog diepgaande veranderingen voorgedaan. Op de grondslag van de algemene verellendiging van de ganse wereld deed de concentratie van het kapitaal een grote sprong voorwaarts. Handelsfirma’s traden op de voorgrond, die vroeger geheel in de schaduw stonden. Soliditeit, zekerheid, zin voor ‘verstandige’ compromissen, het ophouden van een zekere schijn, zowel op het gebied van de uitbuiting als op dat van het genot van haar vruchten — dit alles is weggespoeld door de golven van de imperialistische overstroming.

De nieuwe rijken drongen zich op de voorgrond: oorlogsleveranciers, smerige speculanten, internationale avonturiers, verpatsers van levensmiddelen, opgetooide boeven, teugelloos prachtlievend tuig, dat bereid is tot de wreedste gruwelen tegen de proletarische revolutie, die het zelf niets anders kan aanbieden dan de worgende strop.

De tegenwoordige orde staat als heerschappij van de rijken in algehele naaktheid voor de massa’s. De bourgeoisie in Amerika, Frankrijk en Engeland is door de luxe na de oorlog afgestompt. Het van internationale patriottische parasieten overvolle Parijs gelijkt, naar de woorden van de ‘Temps’, Babylon voor de ineenstorting.

Politiek, justitie, pers, kunst en kerk passen zich bij deze, bourgeoisie aan. Het hek is van de dam. Wilson, Millerand, Lloyd George, Churchill, schrikken voor het brutaalste bedrog, de grofste leugen niet terug en gaan rustig over tot nieuwe misdaden, wanneer zij bij hun bedrog op heterdaad worden betrapt. De klassieke regels van de politieke streken van de oude Machiavelli zijn onschuldige aforismen van een onnozele uit de provincie in vergelijking met de principes waardoor zich de huidige burgerlijke regeringen laten leiden. De justitie die vroeger door de democratie met klatergoud werd bedekt, teneinde haar burgerlijk wezen te bedekken, wordt thans openlijk een orgaan tot klassenhoon en van de contrarevolutionaire provocatie. De rechters van de Franse Republiek spraken zonder schroom de moordenaar van Jaurès vrij. De rechtbanken van Duitsland, dat zich aandiende als ‘socialistische republiek’, moedigden de moordenaars van Liebknecht en Rosa Luxemburg en de andere martelaren van het proletariaat, tot verdere misdaden aan. De tribunalen van de burgerlijke democratie verwerden tot organen voor de plechtige legalisatie van alle gruwelen van de witte terreur.

De burgerlijke pers draagt openlijk de stempel van de omkoopbaarheid als fabrieksmerk op het voorhoofd. In de eerste maanden na het einde van de oorlog sidderde de internationale bourgeoisie, vooral de Franse, uit vrees voor het opdringende communisme. De graad van het directe gevaar mat zij af naar de omvang van de door haar gepleegde misdaden. Maar zij heeft de eerste aanval doorstaan. De socialistische partijen en de vakverenigingen van de Tweede Internationale, die met banden van gemeenschappelijke schuld aan haar verbonden zijn, hebben haar wederom gediend, door de eerste toornige aanval van de arbeiders op te vangen. De bourgeoisie verkreeg uitstel — maar hiervoor moest met de volledige ineenstorting van de Tweede Internationale worden betaald. De contrarevolutionaire parlementsverkiezingen van Clemenceau, een paar maanden van labiel evenwicht, de mislukte mei-stakingen, waren voldoende om de Franse bourgeoisie het geloof te schenken aan de eeuwige duur van haar regime. Haar klassehoogmoed bereikte dezelfde hoogte als voorheen haar vrees.

De dreiging is het enige argument van de bourgeoisie geworden. Zij gelooft niet aan frases en eist daden, zoals gevangenneming, verbanning, confiscaties en moord. De burgerlijke ministers en parlementariërs trachten indruk te maken door zich voor te doen als lieden van staat. Lloyd George raadt ijskoud de Duitse ministers om naar het Franse voorbeeld van 1871 de Communisten eenvoudig neer te schieten.

Terwijl het officiële staatsapparaat steeds meer openlijk tot een organisatie van bloedige onderdrukking der werkers wordt; vormen zich verschillende niet- en halfofficiële contrarevolutionaire organisaties, die zich ten doel stellen de gewelddadige onderdrukking van stakingen; de vernietiging van de revolutionaire organisaties, spionage en provocatie, het neerslaan van arbeidersdemonstraties; pogroms en brandstichtingen; moord op revolutionaire leiders en dergelijke maatregelen ter bescherming van het privaatbezit en van de democratie.

De zoontjes van de grootgrondbezitters en grootkapitalisten; dol geworden kleinburgers en alle gedeclasseerde elementen, in de eerste plaats de burgerlijke en adellijke emigranten uit Rusland vormen het onuitputtelijk reservoir voor de vrijwilligersafdelingen van de contrarevolutie. Aan het hoofd staat het uit de school van de imperialistische oorlog gekomen officierenkorps: een 20.000 beroepsofficieren uit het leger van de Hohenzollerns vormen, vooral na de Kapp-Lüttwitz-putsch een vaste contrarevolutionaire kern. De Duitse democratie is niet in staat deze kern te verpletteren, slechts de hamerslagen der proletarische dictatuur zullen hiertoe in staat zijn.

Deze gecentraliseerde organisatie van terroristen van het oude regime wordt aangevuld door de sterke vrijscharen op de bezittingen van de jonkers.

In de Verenigde Staten vormen bonden als de Volksbond voor binnenlandse veiligheid (National Security League) en de Ridders der Vrijheid (Knights of Liberty) de stormbataljons van het kapitaal, aan de uiterste flank waarvan roverbenden in de vorm van spionageagenturen (detective agencies) staan.

In Frankrijk vormt de ‘burgerwacht’ (Ligue Civique) een belangrijke organisatie van onderkruipers, terwijl zelfs de reformistische CGT wordt vervolgd.

De officiershorde van het witte Hongarije, die naast de door de Engelse regering gesteunde regering van contrarevolutionaire beulen bestaat, toonde aan het ganse wereldproletariaat hoe de beschaving en de menselijkheid er uit zien die door Lloyd George en Wilson gesteld worden tegenover de Sovjetregering en de revolutionaire macht.

De ‘democratische’ regeringen van Finland, Georgië, Letland en Estland putten hun krachten uit om het nobele Hongaarse voorbeeld te volgen. Te Barcelona staat de politie een geheime moordenaarsbende ter beschikking. Ook in het vernielde en verwoeste Bulgarije vormden de officieren geheime verenigingen die bij de eerste de beste gelegenheid hun patriottisme aan de leiders van de Bulgaarse arbeiders zullen bewijzen.

Het program van de verzoening der tegenstellingen, van de arbeidsgemeenschap der klassen, van de parlementaire hervormingen, de geleidelijke socialisatie, de nationale eenheid, is een misleidende zotheid in de wereld van de burgerlijke orde, die uit de wereldoorlog is ontsproten.

De bourgeoisie heeft zeer beslist afgezien van een verzoening met het proletariaat door middel van hervormingen. Zij koopt de zeer kleine bovenlaag en dwingt de grootte massa door ijzer en bloed te gehoorzamen. Er is geen enkele kwestie die thans door stemming beslist zou kunnen worden. Van de democratie rest slechts de herinnering in de hoofden van de reformisten. Het staatsorganisme ontwikkelt zich achterwaarts en verandert zich hoe langer hoe meer in een afdeling gewapende lieden. De bourgeoisie telt niet meer de stemmen, zij rekent slechts met het aantal geweren, machinegeweren en kanonnen die zij ter beschikking zal hebben als de kwestie van de macht en het bezit aan de orde komt.

Er bestaat geen arbeidersgemeenschap, geen bemiddeling. Redding ligt er alleen in de omverwerping van de bourgeoisie. Dit kan echter slechts de opstand van het proletariaat volbrengen.

V. De proletarische revolutie en de Communistische Internationale

Over de ganse wereld is de burgeroorlog aan de orde. Zijn banier is de Sovjetmacht.

Het kapitalisme heeft ontzaglijke massa’s van de mensheid geproletariseerd. Het imperialisme werpt deze mensen uit het evenwicht en zet hen in revolutionaire beweging. Het begrip massa is in de laatste jaren veranderd. Wat in de periode van het parlementarisme en de vakbeweging tot de massa werd gerekend, kwam thans aan de oppervlakte. Miljoenen en miljoenen, die vroeger buiten het politieke leven stonden, worden thans in een revolutionaire massa veranderd. De oorlog heeft hen op de been gebracht, heeft de politieke aandacht getrokken ook van de meest achterlijke groepen, heeft bij hen illusies en hoop verwekt en heeft hen bedrogen. De gildeachtige afgeslotenheid van de arbeid en de min of meer behaaglijke levenswijze van de bovenste lagen van het proletariaat, de doffe en onverschillige hopeloosheid in de onderste lagen, deze sociale grondslagen van de oude vorm van de arbeidersbeweging behoren onherroepelijk tot het verleden. Nieuwe miljoenen werden in de strijd betrokken. De vrouwen, die vader en echtgenoot hadden verloren en gedwongen waren arbeid te zoeken, stroomden in brede rijen in de beweging. De arbeidende jeugd, onder het kanongebulder van de wereldoorlog geboren, voelt zich thuis in de revolutie.

De strijd doorloopt in de verschillende landen, verschillende fazen. Maar dit is de laatste strijd. De golven van de beweging stromen niet zelden uit in verouderde organisatievormen, die zij voorbijgaand doen herleven. Oude halfvergeten leuzen verschijnen hier en daar aan de oppervlakte van de stroom. De koppen zitten nog vol vooroordelen, illusies en vergissingen. Maar de beweging als geheel draagt een diep revolutionair karakter. Zij is alomvattend en onafwendbaar. Zij breidt zich uit en ruimt de oude rommel op. Zij houdt niet op, voordat het wereldproletariaat de heerschappij heeft verkregen.

De grondvorm van deze beweging is de staking. Zij ontstaat niet zelden uit bijzondere plaatselijke conflicten. Zij breekt uit als ongeduldige weerklank van de massa op het parlementaire gedoe van de sociaaldemocraten. Zij verenigt economische met politieke leuzen. Zij wordt geboren uit de solidariteit met de onderdrukten in het eigen en in de vreemde landen. Zij bevat niet zelden sporen van reformisme met de leuzen van het revolutionaire programma. Zij neemt af, wordt opgeheven, herboren, brengt de productie in de war, houdt het staatsapparaat in spanning, brengt de bourgeoisie buiten zichzelve en grijpt iedere gelegenheid aan om Sovjet-Rusland te begroeten. En de uitbuiters worden door hun vermoeden niet bedrogen. Deze chaotische stemming is inderdaad een sociaalrevolutionair appel en een mobilisatie van het internationale proletariaat.

De sterke afhankelijkheid van het ene land van het andere, die gedurende de oorlog zo catastrofaal aan het daglicht kwam, verleent aan de takken van arbeid die het ene land met het andere verbinden, een grote betekenis. De spoorwegarbeiders en in het algemeen de werkers in het transportbedrijf worden hierdoor op de voorgrond geplaatst. De transportproletariërs konden bij de boycot van het witte Hongarije en het witte Polen, [voor] een gedeelte hun macht tonen. De staking en de boycot, strijdmiddelen, die door de arbeidersklasse bij de dageraad van haar economische strijd werden gebruikt, d.w.z. nog voordat zij het parlementarisme begon te gebruiken krijgen thans wederom een ontzaglijke betekenis, een betekenis gelijk aan die van de artillerie voorbereiding voor de stormaanval.

De groeiende hulpeloosheid van de enkeling tegenover de blinde woede van de historische gebeurtenissen, sleept niet slechts nieuwe groepen arbeiders en arbeidsters in de strijd, maar drijft ook de kantoorbedienden, beambten en kleinburgerlijke intellectuelen in de vakorganisaties. Voordat de gang van de proletarische revolutie de schepping van de sovjets tot stand brengt, die onmiddellijk boven de oude arbeidersorganisaties staan, stromen de arbeiders in de oude vakorganisaties, dulden zij tijdelijk hun oude vormen, hun officieel programma, hun leiders; maar zij brengen in deze organisaties de energie van de massa’s, die tot nu toe nog niet was ontwaakt.

De onderste lagen — het agrarische proletariaat, de landarbeiders — heffen het hoofd op. In Italië, in Duitsland en in andere landen ziet men een groots toenemen van de revolutionaire beweging van de landarbeiders en hun broederlijke toenadering tot het stedelijke proletariaat.

De verhouding van de armste lagen der boeren tot het socialisme verandert. Terwijl het koketteren van de parlementaire reformisten met de op het privaatbezit gerichte vooroordelen van de boeren vruchteloos bleef, werpt de onverzoenlijke strijd tegen de onderdrukkers een straal van de hoop in de zielen der achterlijkste, aan de aarde geklonken, geruïneerde boeren.

De zee van menselijke nood en geestelijke duisternis Is onpeilbaar. Achter iedere zich verheffende groep verrijst een nieuwe, die op het punt staat zich te verzetten. Maar de voorhoede mag niet wachten met in de strijd te treden totdat zij een ontzaglijk aantal aanhangers heeft. De opvoeding, de ontwikkeling, het ontwaken van de achterlijkste groepen van de arbeidersklasse kunnen wij slechts doorvoeren wanneer wij de macht in handen hebben.

De arbeiders in de koloniale en halfkoloniale landen zijn ontwaakt. In de onmetelijke gebieden van India, Egypte en Perzië, die het Engelse imperialisme onderdrukt, in deze onmetelijke mensenzee voltrekt zich een onafgebroken innerlijke werking, die de golven hoog doet gaan en die in de City van Londen de aandelen en de harten doet sidderen.

In de beweging van de koloniale volken verbindt zich het sociale element in zeer verschillende vormen met het nationale, maar beide zijn gericht tegen het imperialisme.

De weg van de eerste kinderlijke schreden tot aan de volwassen vormen van de strijd, wordt in de koloniën en in het algemeen in de achterlijke landen onder de druk van het moderne imperialisme en onder de leiding van het revolutionaire proletariaat in versneld tempo afgelegd.

De veelbelovende toenadering tussen moslims en de niet-moslim volkeren, die door gemeenschappelijke ketenen van de Engelse en andere vreemde heersers, aaneen zijn gesmeed; de innerlijke reiniging der beweging, de vermindering van de invloed van de geestelijkheid en van de chauvinistische reactie, de gelijktijdige strijd tegen de vreemde heersers en tegen de eigen machthebbers, feodale geestelijkheid en woekeraars, veranderen het groeiende leger van de koloniale opstand in een ontzaglijke historische kracht, in een geweldige reserve van het wereldproletariaat. De paria’s verheffen zich, hun ontwaakt bewustzijn doet hen met brandend verlangen zien naar Sovjet-Rusland, naar de strijders in de straten van de Duitse steden, naar de opvlammende klassenstrijd in Groot-Brittannië, naar de Communistische Internationale.

De socialist, die direct of indirect, de bevoorrechte positie van de ene natie ten koste van de andere ondersteunt, die zich met de koloniale slavernij verzoent, die het verschil in rechtspositie tussen lieden van verschillende rassen en verschillende huidskleur erkent, die de bourgeoisie van het eigen land helpt haar heerschappij in de koloniën te handhaven in plaats van de zaak van de gewapende opstand van de koloniën te dienen, de Engelse socialist, die niet met alle middelen de opstand tegen de Londense plutocratie in Ierland, Egypte en India ondersteunt, — een dergelijk socialist verdient zoal niet de kogel, dan toch het brandmerk en in ieder geval geen mandaat en geen vertrouwen van het proletariaat.

Het proletariaat stuit bij zijn internationale revolutionaire acties minder op de halfvernielde prikkeldraadversperringen, die nog in vele streken uit de oorlog over zijn gebleven, dan wel op het egoïsme, het conservatisme, de stijfhoofdigheid en het verraad van de oude partijen en vakorganisaties, waarin het vroeger in een periode die voorbij is, heeft gevochten.

De leiders van de oude vakorganisaties houden met alle middelen de revolutionaire strijd der massa’s tegen. Zij remmen en, en als dit niet meer gaat, ondersteunen zij de stakingen met het doel deze op verraderlijke wijze te worgen.

Het verraad van de internationale sociaaldemocratie vindt zijns gelijke niet in de geschiedenis van de strijd tegen de onderdrukking. Dit is het duidelijkst en het verschrikkelijkst in Duitsland bewezen. De ineenstorting van het Duitse imperialisme voltrok zich tegelijk met de ineenstorting van het economische systeem. Buiten het proletariaat was er geen andere klasse die op de regeringsmacht aanspraak kon maken. De, ontwikkeling van de techniek, de getalsterkte en de culturele ontwikkelingshoogte van de Duitse arbeidersklasse vormde een waarborg voor het succes van de sociale revolutie. Ongelukkigerwijze week de Duitse sociaaldemocratie van de weg af. De weg van de ingewikkelde intriges, waar zich sluwheid aan stompzinnigheid paart, heeft de energie van het proletariaat afgeleid van het natuurlijke en noodzakelijke doel van de verovering van de macht. In de loop van 10 jaar, had de sociaaldemocratie het vertrouwen van de massa’s gewonnen, thans stelde zij op het beslissende ogenblik, toen het lot van de bourgeoisie op het spel stond, haar ganse autoriteit aan de onderdrukkers ter beschikking.

Het verraad van het liberalisme en de ondergang der burgerlijke democratie bleken minder gewichtige episoden in vergelijking met het verraad van de socialistische partijen. Zelfs de rol van de kerk, de elektrische centrale van het conservatisme, volgens de uitdrukking van Lloyd George, treedt tegenover de antisocialistische rol van de Tweede Internationale op de achtergrond.

De sociaaldemocratie motiveerde haar verraad gedurende de wereldoorlog met de leus van de nationale verdediging. Haar contrarevolutionaire politiek na het sluiten van de vrede dekt zij met de leus — democratie. De nationale democratie is de triomferende formule van de onderwerping van het proletariaat aan de wil van de bourgeoisie.

Er is echter meer! De sociaaldemocratie, wier politiek dient ter bescherming van de kapitalistische orde, steunt in de dienst van de bourgeoisie noodzakelijkerwijs op het ‘nationale chauvinisme’ en de ‘democratie’. Scheidemann en Ebert likken de handen van het Franse imperialisme; zij zoeken daar steun tegen de radenrevolutie. Albert Thomas werd de betaalde agent van de Volkenbond, de smerige agentuur van het imperialisme. De mooiprater Vandervelde, de vleesgeworden oppervlakkigheid van de Tweede Internationale, waarvan hij het hoofd was, is koninklijk minister, knecht van de klerikaal Delacroix, de beschermer van de Belgische katholieke papen en advocaat van de Belgische gruwelen in de Congo geworden. Henderson, die de grote mannen uit de bourgeoisie na-aapt en nu eens voor koninklijk minister, dan weer voor zijne majesteit aller-onderdanigste arbeidersoppositie speelt, Tom Shaw, die van de Russische Sovjetregering het schriftelijk bewijs verlangt dat in de Londense regering rovers, dieven en leugenaars zitten — wat zijn deze lieden anders dan uitgesproken vijanden van de arbeidersklasse! Reiner en Seitz, Nemec en Tusar, Troelstra, Branting, Daszinski en Tsjeidse, ieder van hen vertaald in de taal van zijn trieste schoftenstreken de smadelijke schipbreuk van de Tweede Internationale. Eindelijk Karl Kautsky de ex-marxist en theoreticus van de Tweede Internationale; deze is verworden tot een zielig zaakwaarnemertje van de hele pers aller landen.

Onder de druk van de massa’s wisselen de meer handige elementen van het oude socialisme van gedaante en kleur, echter zonder hun wezen te veranderen, zij breken of dreigen te breken met de Tweede Internationale, terwijl zij voor iedere revolutionaire massabeweging en zelfs voor een ernstige voorbereiding van de actie terugschrikken.

Om deze komedie te kenmerken, en tevens te brandmerken, is het voldoende erop: te wijzen, dat de Poolse sociaaldemocratische partij, wier leider Daszinski en wier patroon Pilsoedski is, de partij van het kleinburgerlijke cynisme en het chauvinistische fanatisme eveneens uit de Tweede Internationale is getreden!

De leidende parlementaire kliek van de Franse socialistische partij, die thans stemt tegen de begroting en tegen het verdrag van Versailles, vormt in wezen een van de steunpilaren van de burgerlijke republiek. Haar gebaren gaan niet verder dan om van tijd tot tijd halfweg het vertrouwen van de revolutionaire arbeiders weer te winnen. Maar in de belangrijkste kwesties van de klassenstrijd knot als voorheen het Franse parlementaire socialisme de wil van de arbeidersklasse, doordat het erop wijst dat het huidige moment voor de revolutionaire strijd om de macht niet geschikt is omdat Frankrijk geheel en al is uitgeput. Zo was kort geleden het moment ongunstig wegens de oorlog, terwijl aan de vooravond van de oorlog de hoogconjunctuur en daarvoor de industriële crisis de strijd in de weg stonden etc. etc.

Op dezelfde hoogte van het parlementaire socialisme, geen voet hoger, staat het zwetsende en leugenachtige syndicalisme van de bende van Jouhaux.

De schepping van een sterke, bewuste en gedisciplineerde Communistische Partij is voor het Franse proletariaat een kwestie van leven of dood.[3]

Door stakingen en opstanden wordt een nieuw geslacht van Duitse arbeiders opgevoed en gestaald. Het betaalt zijn ervaringen met des te groter offers naarmate de USPD voortgaat de invloed van de sociaaldemocratische staatsredders en bureaucraten in stand te houden, van lieden die terugzien naar de sociaaldemocratie van het tijdperk van Bebel en het karakter van het huidige revolutionaire tijdvak niet begrijpen, die de burgeroorlog en de revolutionaire terreur afwijzen, in het kielzog der gebeurtenissen zeilen en hopen op het wonder, dat hun onzelfstandigheid zal redden. De Partij van Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht leert de Duitse arbeiders in de hitte van het gevecht de juiste weg te vinden.

Het conservatisme bij de leiders van de Engelse arbeiderspartij is zo groot, dat daar nog niet eens de noodzakelijkheid van nieuwe partijvorming wordt gevoeld. Deze leiders trachten ondermeer in de rijen van de Tweede Internationale te blijven!

In het tijdperk, waarin de gang der gebeurtenissen de starheid van het economische leven ook in het conservatieve Engeland brak en de massa’s voor een revolutionair programma uiterst ontvankelijk maakte, blijft de officiële machine van de burgerlijke natie — de Koninklijke macht, het Hogerhuis, het Lagerhuis, de kerk, de vakverenigingen, de Labourparty, — George V, de aartsbisschop van Canterbury en Henderson, onwrikbaar als een krachtige rem voor elke ontwikkeling. De proletarische massa’s moeten tegenover deze officiële machine een Communistische Partij stellen, die vrij is van routine en sektarisme en tegelijk nauw verbonden met de massaorganisaties.

In Italië, waar zelfs de bourgeoisie openlijk moest erkennen dat het verdere lot van het land in de handen van de socialistische partij lag, tracht de politiek van de reformisten onder Turati het idioom van de zich ontwikkelende proletarische revolutie af te leiden in de bedding der parlementaire hervormingen. Deze innerlijke sabotage levert op het moment een buitengewoon gevaar op!

Proletariërs van Italië! Denkt aan Hongarije, als waarschuwend voorbeeld, dat in de strijd om de macht het proletariaat zich stevig op eigen benen moet plaatsen, dat het alle aarzelende en verouderde elementen moet uitbannen en met vaste hand alle pogingen tot verraad moet smoren.

De oorlogsgebeurtenissen die als gevolg de zware economische crisis hebben nagelaten, openen een nieuw hoofdstuk van de arbeidersbeweging op het Amerikaanse vasteland. Het einde van het klatergoud en de leugen van het Wilsonisme betekent eveneens het einde van het Amerikaanse socialisme, dat een mengsel is van pacifistische illusies en marktschreeuwerig zakendoen en het trade-unionisme aanvult. Het nauwe aaneensluiten van alle revolutionaire proletarische partijen en organisaties van het Amerikaanse continent — vanaf het schiereiland Alaska tot aan Kaap Hoorn — in een Amerikaanse sectie van de Communistische Internationale tegenover de machtige vijand, het imperialisme van de Verenigde Staten — dat is een taak, die moet en zal worden vervuld, om de strijd tegen de dollar en de door hem gemobiliseerde krachten tot het einde door te voeren.

IV. Sovjet-Rusland

Te midden de teugelloze elementen van het chauvinisme, van de hebzucht en van de vernietiging, verheft zich het communisme, waarvan de principes slechts levens- en scheppingskracht verkondigen. Hoewel de Sovjetmacht het eerst, ontstond in Europa, in een land dat het verst was achtergebleven en dat geruïneerd en door een aantal machtige vijanden omringd was, heeft deze macht zich niet slechts in de strijd met ontzaglijke en ongekende moeilijkheden weten te handhaven, maar heeft zij ook met de daad de grote ontwikkelingsmogelijkheden geopenbaard, die in het communisme liggen. De ontwikkeling en de bevestiging van de Sovjetmacht in Rusland komen naar voren als het meest belangrijke historische feit sedert de stichting van de Communistische Internationale.

De volgens klassen opgebouwde maatschappij was gewoon in de kracht van het leger de beste, toetssteen voor de economische en staatkundige toestand van een land te zien. Naar de kracht van het leger beoordeelt men de kracht van de productie en van de staat.

Midden in de strijd schiep de Sovjetmacht een sterker gewapende macht. Het Rode Leger toonde zijn onweerlegbare meerderheid, zowel in de strijd tegen het oude burgerlijke en monarchistische Rusland, dat het imperialisme met behulp van de Witte Legers van Koltsjak, Denikin, Joedenitz, Wrangel etc. poogde te herstellen, als in de strijd met de nationale legers van de ‘democratie’, die het Wereldimperialisme te zijne behoeve kweekt (Finland, Estland, Letland, Polen).

Op economisch terrein schiep de Sovjetmacht wonderen, reeds alleen doordat zij aan de handen der bourgeoisie de werktuigen van uitbuiting ontrukte en deze in middelen tot planmatige productie veranderde. Te midden van de strijd op talrijke fronten, verloor de Sovjetmacht geen enkel middel tot de economische en culturele opbouw uit het oog. In de tijd die lag tussen vernietiging van Denikin en de roofaanval van Polen, begon de Sovjetregering de omvangrijke organisatie van de arbeidsplicht, het onderzoek en de betere aanwending van de productiekrachten en middelen, het gebruiken van delen van het leger voor productieve arbeid en vooral aan het herstel van het transportwezen.

Slechts het monopolie van de socialistische staat van de hoofdvoedingsmiddelen, gepaard aan de meedogenloze strijd tegen de speculatie, redde de Russische steden van de hongerdood en schonk de mogelijkheid het Rode Leger te verzorgen. Slechts de vereniging door de Staat van de bedrijven, fabrieken en van de zich in privaatbezit bevindende spoorwegen en schepen redde de productie en het transportwezen.

De centralisatie van de industrie en het transport in handen van de socialistische Staat, voert tot vereenvoudiging van de techniek zelf, door het feit namelijk dat bepaalde modellen tot norm voor de ganse productietak kunnen worden gemaakt. Het vaststellen van een minimum aantal modellen van locomotieven, wagons en schepen bij de productie en het herstel en het periodieke reglementeren van de machines voor de massaproductie is slechts mogelijk op socialistische grondslag. Dit schenkt in productief opzicht op het gebied van de economische vooruitgang een onmetelijk voordeel. De wetenschappelijke organisatie van de industrie, het aanwenden van de methoden van het Taylorsysteem — zonder de trekken van de kapitalistische uitbuiting — staan in Sovjet-Rusland geen moeilijkheden meer in de weg, uitgezonderd die welke het imperialistische geweld van buiten schept.

In het tijdvak waarin de nationale belangen botsen met de aanmatigingen van het imperialisme, hetgeen over de ganse wereld eindeloze conflicten, opstanden en oorlogen tengevolge heeft, bewees het socialistische Rusland, dat de arbeidersstaat de nationale belangen met de economische behoeften, zonder strijd weet te verbinden, doordat zij deze van chauvinisme reinigt en andere van imperialisme bevrijdt. Het socialisme wil alle gebieden, alle kringen, alle nationaliteiten op één algemeen economisch plan verenigen. Maar de economische centralisatie bevrijd zowel van de uitbuiting van de ene klasse door de andere als van die van de ene natie door de andere en daardoor voordelig voor allen op dezelfde wijze, belet op generlei wijze de vrije ontwikkeling van de volkshuishouding.

Door de ervaring van Sovjet-Rusland overtuigen zich de volken van Midden-Europa, van de Zuidoostelijke Balkan, van de Engelse koloniën, alle onderdrukte naties en stammen, zoals de Egyptenaren en Turken, de Indiërs en Perzen, dat de kameraadschappelijke arbeidsgemeenschap van alle delen der mensheid slechts door de Bond der Sovjetrepublieken is te verwerkelijken.

De revolutie schiep uit Rusland de eerste proletarische Staat. In de 3 jaar van zijn bestaan veranderden zich zijn grenzen onophoudelijk. Zij krompen in onder de militaire druk van het wereldimperialisme. Zij zetten zich weer uit toen deze druk verminderde. De strijd voor Sovjet-Rusland is de strijd tegen het wereldkapitalisme. De kwestie ‘Sovjet-Rusland’ werd de toetssteen voor alle organisaties van de arbeidersklasse. Het tweede laaghartige verraad van de Duitse sociaaldemocratie na de 4e augustus 1914 is het feit dat zij, toen zij aan het hoofd van de Duitse staat stond, bescherming zocht bij het imperialisme van het Westen, in plaats van te streven naar een bondgenootschap met de revolutie in het Oosten. Sovjet-Duitsland zou in bondgenootschap met Sovjet-Rusland sterker zijn geweest dan alle andere kapitalistische staten tezamen.

De zaak van Sovjet-Rusland werd door de Communistische Internationale tot haar eigen zaak gemaakt. Het internationale proletariaat zal het zwaard niet laten rusten voordat Rusland is opgenomen in de Federatie der Radenrepublieken van de ganse wereld.

De officiële en semi-officiële regeringssocialisten van de verschillende landen klagen honderd uit, dat de communisten door hun onverzoenlijke tactiek de actie van de contrarevolutie oproepen. Deze politieke beschuldiging is niets anders dan een parodie op de klachten van het liberalisme. Dit laatste beweerde, dat de zelfstandige strijd van het proletariaat de bezitters in het kamp van de reactie dreef. Dit is ongetwijfeld juist. Wanneer de arbeidersklasse niet trachtte de grondslagen van de heerschappij van de bourgeoisie aan te tasten, dan zou de bourgeoisie geen tegenmaatregelen nodig hebben. Het begrip contrarevolutie zou niet bestaan indien de geschiedenis geen revolutie had gekend. Als de verheffing van het proletariaat onvermijdelijk de aaneensluiting van de bourgeoisie tot verweer en tegenaanval met zich meebrengt, dan bewijst dit feit slechts dat de revolutie een strijd van twee niet te verzoenen klassen is, die slechts met de definitieve overwinning van een van beide kan eindigen.

Met verachting verwerpt het communisme een politiek die ertoe leidt, de moeilijk in beweging te brengen massa’s tegen te houden, door hen het schrikbeeld van de contrarevolutie voor te houden. Tegenover het verval en de chaos van de kapitalistische wereld, die gans de menselijke cultuur dreigt te vernietigen, stelt de Communistische Internationale de verenigde strijd van het internationale proletariaat, de opheffing van het privaatbezit van de productiemiddelen en de omzetting van de productie op de grondslag van een centraal economisch plan, dat door de werkers wordt opgesteld en doorgevoerd. Onder de banier van de dictatuur van het proletariaat en het systeem der radenregering, die miljoenen werkers aller landen verenigt, vergroot, zuivert en formeert de Communistische Internationale in de hitte van het gevecht haar rijen. De Communistische lnternationale is de partij van de revolutionaire opstand van het internationale proletariaat. Zij sluit alle groepen en organisaties buiten haar rijen, die openlijk of verkapt, het proletariaat demoraliseren of verzwakken; zij wekt ertoe op niet te buigen voor de afgoden wettelijkheid, democratie, nationale verdediging e.a. die de dictatuur van de bourgeoisie verhullen.

De Communistische Internationale kan eveneens in haar rijen die organisaties niet opnemen die weliswaar de dictatuur van het proletariaat in hun program hebben opgenomen, maar die desniettegenstaande een politiek voeren die op de vreedzame oplossing van de historische crisis rekent. De blote erkenning van het radensysteem lost geen kwesties op. De organisatie van de radenregering bezit geen wonderdadige kracht. De revolutionaire kracht ligt in het proletariaat zelf. Het is absoluut noodzakelijk dat het zich tot de opstand en de strijd om de macht verheft, slechts dan kan de radenorganisatie als een voortreffelijk wapen in de hand van het proletariaat haar groot nut bewijzen.

De Communistische Internationale sluit alle leiders van de arbeidersbeweging buiten haar rijen, die direct of indirect politiek enigerlei dienst aan de bourgeoisie bewijzen. Wij hebben leiders nodig die geen andere betrekkingen tot de bourgeoisie hebben dan die van dodelijke haat, die de proletariërs tot de voortdurende strijd oproepen en leiden, die bereid zijn een leger opstandelingen in de strijd te leiden, die niet halverwege terugschrikken en die wat er ook moge komen, niet nalaten meedogenloos hen te bestraffen die zouden pogen hen tegen te houden. De Communistische Internationale is de partij van het internationale proletariaat. Zij heeft geen ander doel dan dat van de ganse arbeidersklasse.

De aanmatiging van de kleine sekten, die ieder de arbeidersklasse op haar manier zalig wil maken, is aan de geest van de Communistische Internationale vreemd en vijandig. Zij kent universele geneesmiddelen noch samenzweringen, zij steunt op de ervaring van de arbeidersklasse in het verleden en in het heden, zij ruimt de vergissingen en de afwijkingen van deze ervaring uit de weg, veralgemeent de veroveringen, erkent en maakt zich slechts die leuzen van de revolutie eigen, die als leuzen van de massa-actie kunnen gelden.

Vakorganisatie, economische en politieke opstand, verkiezingen voor de parlementen en de gemeenteraden, legale en illegale propaganda, geheime propaganda in het leger, coöperatieve arbeid, barricaden — geen enkele vorm van organisatie of van strijd tot verheffing der arbeiders, verwerpt de Communistische Internationale en geen enkele vorm wordt door haar als enig universeel geneesmiddel beschouwd.

Het radensysteem is geen abstract princiep dat de communisten stellen tegenover het princiep van het parlementarisme. Het radensysteem is een klasse-apparaat dat in de strijd en door de strijd het parlementarisme moet opruimen en vervangen. Terwijl de Communistische Internationale een onbarmhartige strijd voert tegen het reformisme in de vakorganisaties, tegen de stompzinnigheid en de baantjesjagerij in de parlementen, veroordeelt de Communistische Internationale het sektarische fanatisme van hen die oproepen om de vakorganisaties te verlaten die miljoenen arbeiders omvatten of om de parlementen en gemeenteraden de rug toe te keren. De communisten scheiden zich geenszins af van de massa’s, die door de reformisten en patriotten worden bedrogen en verraden. Maar zij voeren met hen een onverzoenlijke strijd binnen de massaorganisaties en binnen de instellingen die door de burgerlijke maatschappij werden gevormd, ten einde deze maatschappij des te sneller en zekerder neer te werpen.

In de tijd toen onder de hoede van de Tweede Internationale, de methoden van de klassenorganisaties en van de strijd, bijna uitsluitend wettelijk waren, stonden deze instellingen in laatste instantie onder leiding van de bourgeoisie, wier reformistische agenten de revolutionaire klasse temde.

De Communistische Internationale ontrukt de teugels aan de handen van de bourgeoisie, verovert alle organisaties, verenigt deze onder revolutionaire leiding en stelt door middel hiervan het proletariaat het enige doel: verovering van de macht ter vernietiging van de burgerlijke staat en de stichting van de socialistische maatschappij.

In heel zijn werk, als leider van revolutionaire opstanden, als organisator van illegale groepen, als secretaris van vakverenigingen, als agitator op massavergaderingen, als afgevaardigde in het parlement, als coöperator of als strijder op de barricade, blijft de communist zich zelf: het gedisciplineerde lid van de Communistische Internationale, de onverzoenlijke vijand van de burgerlijke maatschappij en haar economische grondslag, haar staatkundige vorm, haar democratische omhulling, haar godsdienst, haar moraal: hij is de meest opofferingsgezinde soldaat van de proletarische revolutie en de nimmer rustende verkondiger van de nieuwe orde.

Arbeiders en arbeidsters! Er bestaat op aarde slechts een teken, waaronder het waard is te strijden en te sterven; dit teken is: de Communistische Internationale!

* * *

Ondertekend door de vertegenwoordigers van de secties der Communistische Internationale in: Rusland, Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Engeland, de Verenigde Staten, Italië, Noorwegen, Zweden, Denemarken, Holland, België, Spanje, Zwitserland, Hongarije, Galicië, Polen, Letland, Litouwen, Tsjecho-Slowakije, Estland, Finland, Bulgarije, Roemenië, Zuid-Slavië, Georgië, Armenië, Turkije, Perzië, Brits-Indië, Nederlands-Indië, China, Korea, Mexico.

_______________
[1] In de laatste weken hebben zich in Armenië belangrijke gebeurtenissen afgespeeld. De Armeniërs hebben zich van hun Entente-‘bevrijders’ bevrijd en de Sovjetrepubliek uitgeroepen. (Noot van de vertaler).
[2] En de internationale aanval van de bourgeoisie op de lonen in verband met de prijsdalingen en de crisis in de laatste maanden in niet mindere mate. (Noot van de vertaler).
[3] Thans — begin 1921 — zijn, na het congres van Tours, waar de reformistische elementen uit de socialistische partij traden en met de groeiende organisatie van de revolutionaire minderheid in de CGT de voorwaarden voor een sterke communistische beweging in Frankrijk aanwezig. (Noot van de vertaler).