Leon Trotski

De “miljoen dollar”



Eerste publicatie: een gedeelte werd afgedrukt in de New York Times, 6 maart 1938 Eerste volledige publicatie: Writings of Leon Trotsky [1937-38]. Pathfinder Press, New York 1976. [Second edition] Bron: Uit het archief van Joseph Hansen
Vertaling: Karel ten Haaf
Deze versie: uit de Nieuwe Nederlandstalige Trotski Bibliotheek 1 - Revolutionair-Socialistische Publicaties, Groningen
HTML: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive, maart 2008


[5 maart 1938]

Gedaagde Rosengolts, ex-volkscommissaris van buitenlandse handel, verklaart dat voornamelijk via bemiddeling van zijn commissariaat “Trotski de afgelopen jaren bijna een miljoen dollar ontving voor zijn activiteiten gericht op het omverwerpen van de Sovjetstaat.” Volgens officiële berichten uit Moskou, beschreef Rosengolts verder de machinaties in het Commissariaat voor Buitenlandse Handel die tot doel hadden deze verduisteringen van de staat te verborgen te houden.

Het is heel goed mogelijk dat zulke machinaties uitgevoerd werden en nu nog uitgevoerd worden in het Commissariaat voor Buitenlandse Handel, zowel als in andere commissariaten. Hoogstwaarschijnlijk werd Rosengolts in de eerste plaats uit zijn functie gezet juist vanwege onthullingen over het één of andere ernstige misbruik van fondsen - ik hoop zonder zijn persoonlijke betrokkenheid. Het gebrek aan controle op het regime is de voedingsbodem waarop dieven en diefstal goed gedijen. Ik heb hierover tijdens de afgelopen jaren tientallen malen geschreven in verschillende publicaties, vooral in het Biulleten Oppozitsii, uitgegeven door Leo Sedov in Parijs. Naar alle waarschijnlijkheid sprak Rosengolts de waarheid in dit gedeelte van zijn getuigenis. Op een totaal ander niveau bevindt zich het tweede deel van zijn getuigenis, dat handelt over het doorsluizen naar mij van een “miljoen dollar”.

Om vanaf het allereerste begin enig licht te brengen in deze zaak, verklaar ik categorisch: het enige bedrag dat ik uit de Sovjetschatkist heb ontvangen sinds mijn verbanning uit Rusland was $2.500, mij door een GPOe-agent in Constantinopel overhandigd voor het levensonderhoud van mij en mijn gezin. Dit bedrag werd mij uiteraard volkomen legaal gegeven en de agent kreeg een ontvangstbewijs van mij. Ik heb geen andere bedragen uit de Sovjetschatkist ontvangen tijdens de jaren van mijn huidige ballingschap (1929-1938), legaal noch illegaal, direct noch indirect, in dollars, sterling, marken noch in enige andere nationale munteenheid.

Verder getuigend, stelde Rosengolts de zaak preciezer, toen hij zei: “Trotski ontving min of meer standaard bijna $110.000 per jaar” tijdens de afgelopen drie jaren. Deze toevoeging van $10.000 aan $100.000 is hier natuurlijk vermeld in het belang van een nauwkeurige boekhouding. Precisie is ook aan te raden in leugens. Ik verklaar categorisch: Ik heb $100.000 noch $10.000 ontvangen; zelfs niet eens één dollar uit Sovjetbron tijdens de afgelopen drie jaar, noch tijdens de zes daaraan voorafgaande jaren.

Het wordt niet duidelijk uit de officiële Moskouse berichten of de heer Rosengolts beschreef hoe hij zulke enorme bedragen naar mij doorsluisde: Via een bank? Via welke bank precies? Wie stortte het geld op de bank en wanneer? Op wiens naam stond de betreffende rekening? Een onmiddellijke controle van de antwoorden op deze vragen is mogelijk en noodzakelijk.

Ik ben nu meer dan een jaar in Mexico. Dat betekent dat de laatste $110.000 mij bereikt moet hebben tijdens mijn verblijf in Mexico. Ik herhaal mijn vragen: Via welke bank? Wanneer? Op welke naam?

Of misschien werd het geld me overhandigd door een koerier, in de vorm van een bankwissel of in zakken met goud. Wie leverde deze bedragen af? Wanneer en waar ontmoette deze persoon mij? Kreeg hij een ontvangstbewijs van mij? Waar zijn deze ontvangstbewijzen?

Eén van de officiële berichten stelt dat een gedeelte van het bedrag werd doorgesluisd via één of andere “Duitse firma”. Op die manier probeert de GPOe duidelijk een onderzoek te ontwijken: de Sovjetjustitie mag niet rekenen op hulp van de fascistische justitie. Wat mij betreft: ik vertrouw de fascistische justitie net zo min als die van Stalin. Het is echter duidelijk, dat het verwijzen naar een “Duitse firma” niet meer dan een primitieve en armoedige kunstgreep is. Rosengolts kon dit “geheime” geld niet zomaar ter eigenmachtige beschikking stellen van de “firma”. Hij zou er niet aan hebben kunnen ontkomen om zich ervan te vergewissen dat er een persoonlijke band bestond tussen deze firma en mij. Zijn angst en twijfel over de veilige overdracht van het geld zouden alleen hebben kunnen worden weggenomen als de firma mij echt de bedragen in kwestie overhandigde. Derhalve moet het Rosengolts precies bekend zijn hoe deze financiële operatie tot een goed einde werd gebracht, en hij is het verplicht om alles te vertellen wat hij ervan weet… als hij iets weet.

Volgens de laatste officiële berichten heeft Rosengolts klaarblijkelijk verklaard dat $630.000 van het miljoen betaald is aan mijn zoon Sedov. Alle hierboven gestelde vragen zijn ook in dit geval van toepassing: Wie? Wanneer? Via welke bank?

Eigenlijk heeft de wereldpers deze leugens al weerlegd voordat ze werden gepubliceerd. Na de dood van Sedov schreven alle buitenlandse correspondenten in Parijs, niet zonder verbazing, over de meer dan bescheiden omstandigheden waarin mijn zoon leefde. Ik heb alle brieven die Sedov schreef tijdens de jaren van onze ballingschap bij de hand. Uit deze brieven blijkt duidelijk wat voor grote inspanningen hij moest leveren om het geld bijeen te brengen dat nodig was voor het tijdige verschijnen van elk nummer van het Russische Biulleten, eens per maand of eens in de twee maanden. Let wel, het ging hier niet om honderdduizenden dollars, maar om ongeveer 2.000 frank, d.w.z. hooguit $100. Sedov leefde en stierf als proletariër.

Onderzoek van alle bovenstaande feiten, alsmede onderzoek van al mijn uitgaven, te beginnen met de veertien maanden van mijn verblijf in Mexico, zou geen moeilijkheden moeten opleveren. Het is waar dat er geen diplomatieke betrekkingen bestaan tussen de USSR en Mexico. Maar via de Volkenbond[1] of via een derde partij, zou de Sovjetjustitie eenvoudig een manier kunnen vinden om de Mexicaanse justitie te benaderen. Er bestaat geen twijfel over, dat de autoriteiten van dit grootmoedige land niet zullen weigeren om mee te werken aan het onderzoek. Maar de zaak is niet beperkt tot Mexico. Na mijn verblijf in Turkije woonde ik in Frankrijk en Noorwegen. Met deze beide landen onderhoudt de USSR niet slechts normale maar vriendschappelijke betrekkingen. De mensen die mij omgeven, de politieke organisaties waarmee ik verbonden ben, zijn aan de hele wereld bekend. Hun inkomsten en uitgaven kunnen eenvoudig worden gecontroleerd. Een miljoen dollar zou in mijn bescheiden budget niet onopgemerkt blijven. Zo’n groot bedrag moet een zichtbaar spoor achterlaten. Mijn veronderstelde handlangers, de voormalige “samenzweerders”, de huidige aangeklaagden, en bovenal Rosengolts moeten weten: a) hoe ik het geld ontving; b) hoe ik het uitgaf. Laat ze enkele concrete feiten geven die kunnen worden onderworpen aan onafhankelijk onderzoek in alle landen waar ik gewoond en gewerkt heb. Een dergelijk onderzoek zal onvermijdelijk onthullen dat Rosengolts niet alleen mij op bevel van de GPOe met laster besmeurde, maar ook zichzelf.

Ik daag de heer Trojanovski, Sovjetambassadeur in Washington, en via hem de Sovjetregering uit: begin een onmiddellijk on derzoek naar de mythische miljoen dollar voordat Rosengolts geexecuteerd of zijn executie bekendgemaakt wordt. Ik beloof plechtig al mijn brieven, documenten en financiële bescheiden ter inzage te geven, zoals ik ze ter inzage gaf aan de New Yorkse Commissie van Onderzoek[2], voorgezeten door dr. John Dewey.

Ik twijfel er niet aan dat mijn uitdaging niet zal worden aangenomen. De beklaagden zullen worden geëxecuteerd of hun executie bekengemaakt. Maar enkele maanden later zal wellicht een nieuw proces plaatsvinden, waar nieuwe “samenzweerders” overmand door spijt en verdriet de schuld van Rosengolts zullen aantonen, zoals Rosengolts de schuld van de geëxecuteerde maarschalk Toechatsjevski “onthulde”. Zo is de gang van het ontaarde en schandelijke mechanisme van Stalins recht!


[1] De Volkenbond (door Lenin betiteld als “rovershol”) werd op initiatief van de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog opgericht tijdens de Conferentie van Versailles in 1919. Naar men zei moest het een soort wereldregering en samenwerkingsorgaan zijn (vergelijkbaar met de huidige Verenigde Naties); de Volkenbond zou aldus komende oorlogen voorkomen. Zijn volkomen failliet werd duidelijk toen de Volkenbond geen enkele invloed bleek te hebben op de Japanse inval in China, de Italiaanse inval in Abessinië (het huidige Ethiopië), en andere ontwikkelingen die de opmaat vormden tot de Tweede Wereldoorlog.
[2] De Commissie van Onderzoek van de Aanklachten Tegen Leo Trotski in de Moskouse processen. Ook wel Dewey Commissie genoemd, naar haar voorzitter, de Amerikaanse filosoof John Dewey. De commissie hield hoorzittingen in Mexico, van 10 tot 17 april 1937, en kwam tot het oordeel dat Trotski en zijn zoon Leo Sedov onschuldig waren aan het hun ten laste gelegde.