Karl Kautsky
De dictatuur van het proletariaat


1. Het vraagstuk

De huidige Russische revolutie heeft voor de eerste maal in de wereldgeschiedenis een socialistische partij tot heerseres van een groot rijk gemaakt. Dit is een machtige gebeurtenis, nog meer dan de inbezitneming van Parijs door het proletariaat in maart 1871. In een belangrijk opzicht echter stond de Parijse commune boven de sovjetrepubliek. De commune was het werk van heel het proletariaat. Alle socialistische richtingen namen aan haar deel, geen enkele stelde zich buiten haar op, of werd uitgesloten.

Daarentegen is de socialistische partij in Rusland aan de macht gekomen in een strijd tegen andere socialistische partijen, die zij uitgesloten heeft uit de regerende lichamen, waar zij de macht uitoefent.

De tegenstelling van de beide socialistische richtingen berust niet op persoonlijke naijver, maar is de tegenstelling van twee geheel verschillende methoden: de democratische en de dictatoriale. Beide richtingen willen hetzelfde. Het proletariaat, en daarmee de mensheid, door socialisme bevrijden. Maar de weg die de ene partij wil inslaan, houdt de andere voor een dwaalweg die tot een ongeluk leidt.

Het is onmogelijk neutraal te blijven tegenover een zo geweldige gebeurtenis als de proletarische worsteling in Rusland. Ieder van ons voelt zich gedwongen partij te kiezen, hartstochtelijk partij te kiezen. Des te meer voelen wij ons hiertoe gedwongen, daar de vraagstukken die onze Russische kameraden bezighouden, morgen ook voor West-Europa praktische betekenis kunnen krijgen. Eigenlijk reeds thans onze propaganda en tactiek beslissend beïnvloeden.

Onze partijplicht eist echter dat wij ons in de Russische broedertwist niet ten gunste van het ene of van het andere uitspreken, alvorens wij de argumenten van beide grondig hebben onderzocht.

Maar verscheidene partijgenoten houden het ons als een plicht voor, ons zonder onderzoek voor die richting van het Russische socialisme uit te spreken, die nu aan het roer is. Iedere andere houding zou de revolutie en het socialisme zelf in gevaar brengen. Dit komt echter hierop neer dat al bewezen is, wat aangenomen moet worden, wat juist het punt van onderzoek is: namelijk of de ene richting de goede weg heeft ingeslagen en wij haar moeten aansporen die te volgen.

Wij plaatsen ons echter al op de grondslag van de democratie, indien wij de eis van vrije discussie ook omtrent de Russische gebeurtenissen handhaven. De dictatuur verlangt geen weerlegging van de tegenovergestelde overtuiging, maar haar gewelddadige onderdrukking. Zo staan de methoden van democratie en van dictatuur al onverzoenlijk tegenover elkaar, nog voor een discussie is begonnen. De ene eist, de andere verbiedt haar.

Voorlopig heerst in onze partij de dictatuur nog niet, wij kunnen nog vrij discussieren. En wij beschouwen het niet alleen als ons recht, maar als onze plicht, onze meningen vrij te uiten. Omdat slechts na het aanhoren van alle argumenten een oordeelkundige en rijpe beslissing mogelijk is. Om een zaak goed te beoordelen moet men haar van twee zijden horen toelichten.

Wij willen daarom in de volgende bladzijden onderzoeken welke betekenis de democratie voor het proletariaat bezit, wat wij onder de dictatuur van het proletariaat moeten verstaan en welke voorwaarden de dictatuur, als regeringsvorm, voor de bevrijdingsstrijd van het proletariaat schept.