Nationaal Inkomen

Nationaal Inkomen (N.I.) = de waarde van alle afgewerkte producten, min de gereproduceerde waarde van het constant kapitaal (ck) of:

N.I. = vk + mw (-> Nationaal Product)

Het N.I. = NNP, indien alle geproduceerde goederen werkelijk verkocht worden. Wij zouden het N.I. dus moeten gelijkstellen met de mogelijke koopkracht van een land in een bepaalde periode.

Het N.I. kan op verschillende manieren berekend worden:
- aan factorkosten = door de optelling van alle inkomens (van de particulieren, van de staat uit zijn eigen productie of bezittingen);
- aan marktprijzen = zoals het N.I. aan de verbruikers toekomt, d.w.z. door toevoeging van de indirecte belastingen (de Staat heeft deze ‘afgenomen’) en door aftrekking van de staatssubsidies (deze werden reeds vooraf ‘gegeven’).

Het N.I. blijft natuurlijk steeds een schatting, o.a. door de ontbrekende statistische gegevens, door de belastingontduiking, door vele moeilijk te bepalen inkomens, enz.

Oorsprong: het N.I. wordt alleen voortgebracht door de arbeiders die goederen produceren (vb. industrie en landbouw) en door de personen die rechtstreeks betrokken zijn bij het productieproces (vb. studiebureaus). De personen uit de andere (zgn. improductieve) sectoren brengen geen N.I. voort (o.a. de staatsdiensten, leger, gezondheidsinstellingen, onderwijs, ontspanning, kredietwezen). Zij verbruiken een deel van het N.I., maar zorgen ervoor dat de productieve bevolking in stand gehouden, verzorgd, onderwezen, enz. wordt.

BESTEDING VAN HET N.I.:

Het N.I. wordt aan consumptie en aan investeringen besteed, zowel door particulieren als door de overheid.

HERVERDELING VAN HET N.I.

Het N.I. gaat gedeeltelijk naar de kapitalisten (meerwaarde of mw) en gedeeltelijk naar de arbeiders (arbeidsloon = veranderlijk kapitaal of vk).

De verdeling van het N.I. is zeer belangrijk: welk gedeelte gaat naar de bezittende klasse? Welk gedeelte gaat naar de arbeiders?

Wij onderscheiden de primaire en de secundaire verdeling:
- primaire verdeling van het N.I. = zoals ze voortvloeit uit het productieproces (alleen de actieve personen zijn hierbij betrokken);
- secundaire verdeling van het N.I. = zoals het, door bewust ingrijpen van de overheid, uiteindelijk ter beschikking gesteld wordt van de verbruikers (alle staatsburgers zijn hierbij betrokken).

Hierbij neemt de overheid bepaalde inkomsten voor zich (vb. RMZ-bijdragen, belastingen) en keert zij bepaalde inkomsten uit (vb. gezinsvergoedingen, pensioenen, ziekte-uitkeringen). Men spreekt hier van een herverdeling van het N.I.

We kunnen slechts spreken over een werkelijke herverdeling indien er een nettoverschil bestaat tussen de primaire en de secundaire verdeling. Anders gezegd: er is een herverdeling van het N.I., indien er een duidelijk merkbare andere verdeling is in de secundaire fase. De sociaaldemocratische bewegingen hebben er steeds naar gestreefd, een herverdeling van het N.I. te bewerkstelligen door middel van de centrale overheid (door allerlei sociale voorzieningen).

Alle feiten wijzen er echter op dat de herverdeling - zoals ze in de meeste kapitalistische landen plaatsvindt - niet ten nadele van de bezittende klasse en ten voordele van de arbeidende klasse gebeurt, maar wel binnen deze klassen! (vb. werklozen, invaliden en gepensioneerden ontvangen, via de staatskas, hun steun van de actieve arbeiders; de arbeiders betalen zelf hun sociale voorzieningen).

De strijd om de verdeling(smacht) van het N.I. is het belangrijkste aspect van een revolutionair-socialistische inkomenspolitiek.

Ondanks hogere lonen en maatschappelijke voorzieningen is het totaal aandeel der arbeiders in het N.I. niet vergroot. Enkel antikapitalistische structuurhervormingen kunnen een herverdeling, ten gunste van de arbeiders, bewerkstelligen.

MWBEL