Leon Trotski

Over manoeuvres [1]


Geschreven: 16 maart 1936
Bron: het Engelstalige Trotski-archief
Vertaling: J. Piet Andries 17/05/08
HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive, mei 2008


16 maart 1936

Beste kameraad Dauge[2],

Natuurlijk verwerp ik het gebruik van deze of gene manoeuvre tegenover de klassenvijand, de reformisten incluis, niet.[3] Maar de politiek van het manoeuvreren heeft regels die men in acht moet nemen.

a. Het manoeuvre moet duidelijk begrepen worden in al zijn aspecten, op zijn minst door de leiding (om te beginnen).

b. Het manoeuvre mag geen gebruik maken van trucs die vrienden kunnen misleiden, misschien zonder vijanden te verschalken.

c. De grenzen van het manoeuvre moeten gedefinieerd worden; onze eigen organisatie moet op de hoogte zijn van wat er gebeurt en niets betekenisvol mag ondernomen worden op puur individuele basis.

Ik moet zeggen (want onze correspondentie zou geen waarde hebben zonder volledige openhartigheid) dat uw uitleg mij niet op al deze punten voldoet.

Het is duidelijk dat de bureaucratie u niet louter zal uitsluiten, maar u in een hoek zal proberen te drummen. Vragen zullen gesteld worden, er zullen u details gevraagd worden, en u zult niet vaag kunnen blijven (wat al jammerlijk is vanuit een revolutionair standpunt). Wel, een kameraad uit de Borinage (ik heb de verslagen van de discussie gelezen) gelooft dat u ... blij zou zijn om propaganda te voeren met de gemeenschappelijke slogans van het POB-programma. Dergelijke houding zou fataal zijn. Maar als u een duidelijk krachtige propaganda, die dagelijks duurzaam groeiende ook gericht is tegen de politiek van de leiders van de POB, en hun ministers enz., voor ogen hebt, dan kan het manoeuvre op een positief resultaat voor de revolutionaire partij uitdraaien.

Ja, ik zei al dat het geen “onbelangrijke” kwestie is welke kant de splitsing inleidt. Maar deze formulering “niet onbelangrijk” betekent dat deze kwestie niet doorslaggevend was, dat het een procedurekwestie is die ondergeschikt is aan de politieke inhoud van de strijd. Natuurlijk moeten wij onszelf zoveel mogelijk indekken door een nauwkeurige lezing van het reglementenhandboek enz... Maar politiek is de enige redding een hard offensief en een onverzoenlijk aan de kaak stellen van de medeplichtigheid van de POB-leiders in het imperialistisch complot en de medeplichtigheid van Godefroid en compagnie met de patriottische leiders.

U spreekt over de mogelijkheid om twee parlementsleden te behalen.[4]. Jeune Garde, met de publicatie van uw foto, sprak ook over twee kandidaturen. Wat betekent dit eigenlijk? Een blok maken tussen de ASR en het NS van de Jeune Garde voor de verkiezing van twee afgevaardigden? Of slechts een poging van Godefroid om een splitsing in de ASR te provoceren? Op dit punt is de houding van de Action Socialiste Révolutionnaire niet duidelijk. En ik blijf Godefroid beschouwen als het meest dubbelzinnige en gevaarlijkste element in het krachtsspel in de POB.

Ik weet perfect dat uw krachten bescheiden zijn.[5] Maar de revolutionaire fractie versterkt zichzelf alleen door helderheid. Godefroid bijvoorbeeld, legt zijn aanpassing aan de sociaal patriotten uit aan de hand van de behoefte om de organisatie te versterken. Indien de ASR begint, om dezelfde reden, zich aan Godefroid aan te passen, zal de enige die hier versterkt uitkomt het Belgische kapitalisme zijn.

Om driest te manoeuvreren moeten we sterk zijn. Wanneer we zwak zijn kan het manoeuvre zich tegen de initiatiefnemer keren. De beste revolutionaire “gematigdheid” is klaarheid.

Ik ben het met u eens dat het niet aangewezen is om de kikker die zichzelf zo groot als een os wilde opblazen, te imiteren. Maar verbeeld u, mijn beste Dauge, dat een kikker, door lepe manoeuvres zou trachten een os of een hele troep ossen te willen verslaan. Dat zou helemaal geen “gematigdheid” zijn.

Over de Liga lijkt uw uitleg mij helemaal niet afdoende.[6] De Liga verdedigen was een elementaire plicht. Maar er was een niet minder belangrijke plicht: ons te differiënteren van de verwarde standpunten van de Liga. In het verdedigen van de Liga waren wij tezelfdertijd verplicht om aan onze lezers het onverzoenlijke antagonisme tussen het pacifisme van Liebaers[7] en het marxisme van de ASR, uit te leggen. Dat is de methode van Marx en Lenin. Ze is nog altijd geldig.

Hetzelfde geldt voor Caballero.[8] U zegt dat u hem beschouwde als een autoriteit wat betreft “een zuivere tactiek”. Gelooft u dat de Belgische arbeiders zo een tactiek zullen kunnen begrijpen? Ik betwijfel het. Ze moeten wel tegen zichzelf zeggen: deze Caballero moet wel een heel goede kerel zijn als we hem als voorbeeld worden voorgehouden. Zo zal u uw eigen lezers desoriënteren. Tezelfdertijd zult u op deze manier uw standpunten tegenover de stalinisten niet vooruithelpen vermits zij je zullen repliceren: “Maar wij zeggen hetzelfde als Caballero en wij doen hetzelfde als hem; dat is het Volksfront.” Op deze manier wordt u in uw eigen val gevangen. U moet nooit verstoppertje spelen met ideeën en principes.

Het revolutionair defaitisme van de ASR is dikwijls te abstract omdat het gereduceerd wordt tot het herhalen van algemene formules. Vandaag bestaat revolutionair defaitisme bovenal in de plicht om het pacifisme van Liebaers en het capitulatie-centrisme van Godefroid aan te klagen. Zonder dat, zullen de beste bedoelingen en de beste artikels alleen maar voor de voorbereiding van de triomf van de sociaal-patriotten zoals Godefroid en Liebaers over de ASR zorgen.

Het is onnodig te zeggen, mijn beste Dauge, dat het mij zeer zou verheugen om deze wederzijdse discussie verder te zetten.

_______________
[1] Brief in het Frans aan Dauge, Houghton Library Harvard (7665).
[2] Trotski antwoordt hier op een brief van Dauge van 11 maart. Houghton Library Harvard (739), die op zijn beurt een repliek was op zijn brief van 9 februari.
[3] Dauge verantwoordde de noodzaak voor gemanoeuvreer en beweerde in het bijzonder dat hij de rechtervleugel van de partij in verlegenheid had gebracht door zichzelf als kandidaat in de poll, de eerste verkiezingen, voor te stellen, tegen het advies in van zijn kameraden. Hij legde uit dat zijn politiek, verre van opportunistisch te zijn zoals Trotski geloofde, een “intelligente tactiek” was.
[4] Niet alleen rekende Dauge op twee verkozenen (Lesoil en hijzelf), maar hij specificeerde dat, indien hij het standpunt van Lesoil en Charleroi zou gevolgd hebben, de situatie in een catastrofe zou geëindigd zijn, want niets was mogelijk zonder verkozen te worden. “We zouden geen enkele verkozene gehad hebben. In dat geval zouden we vlug geliquideerd zijn geweest en de beweging van de ASR zou belachelijk gemaakt zijn.
[5] Dauge had geschreven in een toon typerend voor hem “We zijn maar met een handvol en met onze huidige kaders kunnen we niets belangrijks doen. Dat is een elementaire waarheid die je moet verstaan, kameraad Trotski”.
[6] Trotski viel Dauge en het blad van zijn tendens aan op hun identificatie met de Vlaamse “Liga” (De Internationale Socialistische Anti-Oorlogsliga), een pacifistische organisatie die lastig gevallen werd door de POB, in plaats van ze louter te verdedigen.
[7] Franz Liebaers (1895-1957), een kleermaker, was secretaris van de Liga vanaf 1932, en haar woordvoerder.
[8] De Action Socialiste Révolutionnaire van 12 februari 1936 toonde als hoofding een uitspraak van de leidende Spaanse socialist Largo Caballero: “Het was met geweld dat de burgerij het bezit van de adel veroverde. Het is met geweld dat de werkende klasse de burgerij zal vernietigen.” Trotski had deze hoofding zwaar aangevallen in zijn brief van 9 februari aan zijn kameraden. Caballero (1869-1946) maakte in 1933 een snelle draai naar links.