Qr-MIA
       
Leest u dit met een smartphone?
Met (enkele) smartphones moet u zelf uitmaken welke modus voor u geschikt is


Deel deze tekst met een kennis
Het e-mailadres:

V. Gezinsvergoedingen

Financiering van de gezinsvergoedingen

Het stelsel van de kinderbijslagen is erop gericht de kinderlast – en dus de fysische reproductie van de arbeidersklasse – te collectiviseren. Sinds verschillende jaren is dit stelsel uitgebreid tot de ganse bevolking, ook al gelden voor de zelfstandigen andere financierings- en uitkeringsnormen.

De harmonisatie van beide stelsels, in het kader van één overheidsdienst voor kinderbijslagen, gefinancierd door de overheid via de belastingen, wordt op dit ogenblik door de arbeidersbeweging naar voor geschoven. Een standpunt dat voor de hand liggend lijkt, maar waartegen twee bezwaren blijven bestaan. Fiscalisering van de sector opent de weg naar budgettaire ingrepen, zoals reeds het geval was in het verleden, nog verder, en veronderstelt dus een voortdurende paraatheid van de arbeidersbeweging. [De overheid is echter handig: aan een aanval op de kindervergoedingen zal zij doorgaans een “toegeving” aan de arbeidersbeweging koppelen, die samen te nemen of te laten zijn.]

Daarnaast betekent de fiscalisering van het stelsel het opgeven van een deel van het sociaal loon, en het aanvaarden van een financieringswijze die hoofdzakelijk door de arbeidersklasse gedragen wordt. Een dergelijke operatie is dus wel aanvaardbaar wanneer zij zou leiden tot een globale vermindering van het sociaal loon en een toename van de fiscale lasten.

Een bijkomende waarborg die de arbeidersbeweging in geval van fiscalisering moet eisen, is een vast budget – proportioneel ten opzichte van de globale massa aan kindervergoedingen – voor de uitbouw van een gezinsvervangende infrastructuur. In de eerste plaats kinderkribben – zonder vast uurrooster noch verplichting en 24 uur op 24 open – en opvangcentra voor zieke kinderen die niet gehospitaliseerd moeten worden.

Van gezinsvergoedingen naar studieloon

De uitkering van gezinsvergoedingen is gekoppeld aan de schoolplicht. In principe worden ze uitgekeerd tot het bereiken van de niet meer schoolplichtige leeftijd – 14 jaar momenteel, weldra 16 – en voortgezet tot 25 jaar voor zover de betrokkene verder studeert.

Zij garandeert echter niet de zelfstandigheid van die studerenden. Een van de doelstellingen van de arbeidersbeweging moet dan ook het toekennen van een studieloon zijn vanaf 16 jaar, een volwaardig vervangingsinkomen, waardoor zij in staat zijn, indien ze het wensen, een onafhankelijk leven op te bouwen.

Arbeiderscontrole

Juist omwille van de bezwaren tegen de fiscalisatie van het stelsel, maar zelfs wanneer de financiering via het sociaal loon behouden blijft, is de arbeiderscontrole op het stelsel meer dan noodzakelijk. Momenteel wordt een groot gedeelte van het stelsel gecontroleerd door patronale organisaties. Zij liggen nu aan de basis van een administratief stelsel dat er schijnbaar op gericht is de uitkeringen zoveel mogelijk te beperken of uit te stellen, waardoor zij enorme fondsen kunnen beleggen en de winst daarvan opstrijken.

Om het even hoe de financiering zal zijn, een der centrale eisen van de arbeidersbeweging moet de oprichting van een rijksdienst voor gezinsvergoedingen zijn die alle bestaande kassen nationaliseert zonder schadevergoeding en gecontroleerd wordt door de arbeidersbeweging. Net zoals voor de sectoren van de vervangingsinkomens, moeten controlecommissies op lokaal vlak opgericht worden die de betwistingen beoordelen en bindende beslissingen nemen voor de administratie.