Redactie

Atoombommen in Vietnam?


Bron: De Internationale, orgaan van de Nederlandse sectie van de IVe Internationale, april 1967, jg. 10
Deze versie: Spelling aangepast
Transcriptie/HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
| Hoe te citeren? — Graag bronvermelding !

Qr-MIA

       


Deel deze tekst met een kennis
Het e-mailadres:


Verwant
Twintig jaar na Hiroshima
Vietnam na de hereniging
Het agrarisch probleem in de Vietnamese revolutie

Een dezer dagen bracht de Washington Post het bericht dat de Verenigde Staten van plan waren in Vietnam van atoomwapens gebruik te maken. Een militaire woordvoerder die naar aanleiding van het bericht ondervraagd werd weigerde het categorisch te ontkennen. Volgens de Washington Post zou er sprake zijn van het gebruik van een “schone” bom die ondergronds tot ontploffing zou moeten worden gebracht om de schuiltunnels van de Vietcong ineen te laten storten.

Ongetwijfeld is het gebruik van atoombommen een van de onderwerpen die Johnson heeft met zijn militaire leiders tijdens de zojuist gehouden conferentie op het eiland Guam.

Wij zijn eraan gewend geraakt dat besprekingen tussen Johnson en zijn militaire adviseurs altijd gevolgd worden door het gebruik van nog gruwelijker wapen tegen het Vietnamese volk. De van cynisme druipende brief die Johnson tijdens het laatste bestand aan Ho Chi Min heeft gezonden en waarin als voorwaarde voor het stopzetten van de bombardementen op Noord-Vietnam, het beëindigen van de hulp van Noord-Vietnam aan de Vietcong wordt geëist, moge wel koren op de molen zijn van lieden als Loetje-USA (De Jong), de publieke opinie wordt er niet door geïmponeerd. Het is overigens te wensen dat aan het gebalk van dit soort ezels dat uit de Johnson-ruif vreet spoedig een einde komt. Laat De Jong, die nu zijn hele leven al zijn brood verdient met het spreken over de Duitse bezetting die hij vanuit Londen meemaakte, zich eens gaan bezighouden met een andere bezetting, nl. die van Vietnam door de Amerikanen. Wij die de nazi-bezetting aan de lijve hebben ondervonden kunnen hem wel enige tips geven voor zijn studie van het nieuwe object.

Intussen heeft een groot aantal studenten en docenten van alle Zuid-Vietnamese universiteiten een brief gezonden aan de Amerikaanse studenten die zich tegen de politiek van Johnson verzetten. In deze brief die gepubliceerd werd in Le Monde van 23 maart zeggen de studenten, dat gezien de vernietiging van hun land door de Amerikanen hen spoedig niets anders overblijft dan zich bij de Vietcong aan te sluiten. Zij zeggen geen communisten te zijn maar er wel van overtuigd te zijn dat de Amerikanen niet vechten voor een democratisch Vietnam maar uitsluitend om van het land een basis te maken voor een oorlog tegen China.

Enige honderden Spaanse studenten hebben een brief geschreven aan de voorzitter van het Spaanse Rode Kruis, waarin zij mededeelden bereid te zijn bloed af te staan voor de slachtoffers van de Amerikaanse bombardementen in Noord-Vietnam. Onder de ondertekenaars waren eveneens drie Amerikaanse studenten en enige priesters.

In “ons democratische Nederland” waar geen Franco- of Ky-fascisten, protesten tegen de slachting in Vietnam onmiddellijk met gevangenisstraf of de kogel honoreren, blijven de acties beperkt.

In West-Duitsland demonstreerden tijdens de Paasdagen 30.000 personen tegen de Amerikanen. In Nederland tellen wij de demonstranten nog bij honderden. Aan hen die aan de driedaagse tocht van Rotterdam naar Amsterdam hebben deelgenomen komt een saluut toe ook al waren het volgens de AVRO-commentator op de eerste Paasdag “slechts 200 in lompen gehulde kinderen tussen de 14 en 20 jaar”.

Het is in andere landen overigens ondenkbaar dat Boltini een poging tot doodslag kan doen door olifanten op de Haagse demonstranten af te sturen en hen met een heftruck wil laten overrijden. Een aanklacht bij de officier van justitie is hier zeker op zijn plaats. Dat is nog iets anders dan een aanslag op het beeld van een “koloniale held” als Van Heutz.

Maar Nederland is altijd erg goed geweest in koloniale oorlogen. De klassenjustitie zal het daarom Boltini niet lastig maken. De Amerikaanse koloniale oorlog in Vietnam is immers ook “onze” oorlog.

Onze oorlog is het inderdaad, maar niet zoals de Nederlandse kapitalisten dat bedoelen. Het is onze oorlog omdat wij aan de kant van het Vietnamese volk staan. Dat wij het niet bij woorden willen laten blijkt uit het feit, dat wij oproepen tot de vorming van een internationaal vrijwilligerskorps dat aan de kant van de Vietcong tegen de Amerikaanse overweldigers zal gaan strijden. Volledig ondersteunen wij de eisen van Ho Chi Min: onmiddellijke stopzetting van de bombardementen op Noord-Vietnam; onmiddellijke terugtrekking van alle Amerikaanse troepen en die van hun satellieten; erkenning van het Bevrijdingsfront als de enige werkelijke vertegenwoordiger van het Zuid-Vietnamese volk, zelfbeschikkingsrecht, en vreedzame vereniging van Noord- en Zuid-Vietnam door de Vietnamezen zelf.
De Redactie